248819
 
 
 
 
 

     Menu:

> Startscherm
> Schrijvers
> Verhalen
> Open verhalen
> FAQ
> Vintage

Mo'men
Studie
Door: snow
Commentaar van de schrijver:
Hoe ging het ook alweer met de avonturen van Yona en zijn metgezellen. Ik weet het, het is een heule tijd geleden, dus ik vond het wel weer eens tijd voor een nieuwe aflevering. Een voorloper op een spannend stuk, dus houd het in de gaten.
Categorie: Fantasy
Geschatte leestijd: ca. 4 minuten

Drie dagen zijn verstreken sinds ze Melchizedek tegen zijn gekomen. Het woud waar Yona met zijn vrienden door rijdt wordt steeds dichter. Niemand zegt een woord, maar kijkt soms met verbazing naar het steeds dichter wordende woud. De bomen langs het steeds smaller wordende pad zijn groot en dik. Toen ze het woud inreden klonken hier en daar nog vogels, die met hun gezang de reizigers begeleidden, maar die stemmen zijn al lang verdwenen. Nu heerst slechts de stilte.
Yisti verbreekt dan even de stilte door zich voorover te buigen naar Yona en Toi.
“Dit woud, het woud van Walen, strekt zich uit van hier tot aan de oevers van de rivier Sjineär. Maar wanneer we die bereiken zijn we allang in Zind’alla, het land van de Triinen. Er wordt gezegd dat ergens in dit woud ooit het landgoed van een machtige triinse tovenaar was. En eigenlijk was het hele woud van hem. In het kasteel van de tovenaar zou zich een verschrikkelijke macht bevinden die iemand voor eeuwig gevangen zou kunnen houden. Heersers, goed en kwaad hebben in de loop van de geschiedenis vaak geprobeerd zijn kasteel te vinden. Maar het is nooit gevonden. Waarschijnlijk is het maar oude wijvenpraat.”
Vanuit een ooghoek ziet Yona Melchizedek glimlachen. De man rijdt op zijn paard net voor de wagen, maar heeft met aandacht naar het verhaal van Yisti geluisterd. Nu kijkt hij weer voor zich. Dan kijkt hij eens opzij. Hij tuurt door het dichte woud in zuidelijke richting. Dan steekt hij zijn hand op als teken om te stoppen. Iundil trekt aan de teugels en de vossen blijven met tegenzin staan. Iedereen kijkt nu naar Melchizedek die nog steeds met opgeheven hand het woud in tuurt. Yona kijkt ook in zuidelijke richting, maar ziet niets.
Dan kijkt Melchizedek achterom: “We moeten haast maken. Ik heb een vermoeden dat de Kahjitt onze geur hebben opgepikt en nu door het woud proberen op dit pad te komen.”
Verschrikt kijkt Yona naar de anderen die met rimpels op hun voorhoofd naar elkaar en in zuidelijke richting kijken. Kahjitt.
“Kom, snel en geruisloos.” Melchizedek geeft zijn paard de sporen , die zich nu met een stevige tred in beweging zet. De wagen schudt en kraakt als Iundil zijn vossen het tempo wil geven als die van Melchizedek.
Hobbelend en krakend vervolgen ze zo hun weg.

Het is al avond, niemand heeft nog iets gegeten, wanneer ze op een redelijk open plek komen.
“We gaan nog 3 of 4 stadia in noordelijke richting, waar we ons kamp voor vannacht zullen opslaan.” zegt Melchizedek. “Liever was ik de hele nacht doorgegaan, maar de paarden hebben ook rust nodig.”
De gedachte van naderende Kahjitt, met hun katachtige lichamen, vlijmscherpe tanden, nagels, messen en dolken heeft Yona de hele tijd bezig gehouden, sinds Melchizedek zei voort te maken. De aanval van de Kahjitt en Nordlijn op de compagnie van Roog staat hem nog levendig voor ogen.
“Me… Meneer Me… Melchizedek, denkt u echt dat die…” begint Yona stotterend, “…dat die Kahjitt eraan komen? Zijn we dan wel veilig? We zijn maar met ons zessen.”
Melchizedek kijkt hem strak aan. De ogen staan streng, maar er spreekt liefde en bewogenheid uit.
“Ik denk dat ze onze geur hebben geroken en dat ze zullen proberen door het woud op deze wegen te komen. Dat zal niet meevallen. Maar ik wil het zekere voor het onzekere nemen en niet op de vlakte, maar bij de resten van die muur daar overnachten. Vanaf hier ben ik onbekend met de wegen van het woud. We zullen nu volledig op de zon onze weg moeten vinden. Daarom heeft het ook geen zin om ’s nachts te reizen.”
Terwijl Yisti en Iundil de paarden losmaken van de wagen, maakt Joulha een warme maaltijd klaar. “Kom hier eens Yona,” zegt hij. “Ik zal je leren hoe je zonder al teveel rook en geur toch een stuk vlees kunt braden en aardappelen kunt poffen.”
“Graaf jij eens een gat van ongeveer één el diep.” Met die woorden gooit hij Yona een dolk toe om de grond los te maken.
Wanneer Yona druk bezig is om eerst de aarde los te maken en dan het gat uit te graven ziet hij hoe Joulha de stukken vlees en de aardappelen in dikke, leerachtige bladeren wikkelt. “Is het gat zo diep genoeg?” vraagt hij.
“Kun je vuur maken?” is de tegenvraag van Joulha. Maar dat heeft Yona nog nooit gedaan.
“Je neemt wat droog gras, en met een tondeldoos en twee vuurstenen kun je al gauw wat vuur maken. Maar zorg ervoor dat het gras echt droog is, anders rookt het teveel.” Joulha doet hem alles voor, laat Yona het gras keuren en laat hem zien hoe je met een ferme tik en de goede verdeling tussen brandstof en lucht uiteindelijk vuur kunt maken.
Wanneer het gras brandt, worden er grotere stukken hout toegevoegd. Ook legt Joulha verspreid in de kuil een aantal stenen neer. Het vuurtje brandt nu goed, maar geeft maar weinig rook af. Dan legt Joulha voorzichtig de pakketjes vlees en aardappelen in het vuur.
“Vul nu de kuil weer op met aarde, Yona.” Yona kijkt zijn vriend raar aan. “Maar dan begraven we het eten en het vuurtje!” protesteert hij.
“Precies!” Joulha glimlacht geheimzinnig, terwijl hij al handenvol aarde over het vuur gooit. Yona hoeft nog maar weinig te doen, zo snel heeft hij het al bedekt.
“En nu wachten we een uurtje.”

Een klein uur later zit de hele groep te smullen van de heerlijke maaltijd. De bladeren om het eten hebben het beschermd tegen de te grote hitte van de stenen en tegen de aarde. Wanneer Yona de groep rondkijkt voelt hij diezelfde warmte weer die hij ook voelde in het huis van Iundil. Daar zitten ze, allemaal met hun eigen verhaal en achtergrond. De mysterieuze Melchizedek. Iundil, de gouden handelaar. Toi, de faun uit Vendherra. De stoere broers, Joulha en Yisti, de strijders. En Yona, de geredde. Hoewel de Kahjitt achter hen aan zitten, voelt iedereen zich hier op dit moment redelijk veilig.
Gepost op 19-04-2006 om 21:28 uur
424 keer gelezen
<< Vorige in deze serie

Alle verhalen in deze serie (Mo'men)
Alle verhalen van deze schrijver (snow)



Door: kiezel
Yes! Eindelijk, snow! Inderdaad een heule tijd geleden... Laat dat spannende stuk ook maar snel komen!


Ik heb nog een paar tips voor je:

Niemand zegt een woord, en kijkt soms...: kijkt nou niemand of iedereen soms?
vogels, die ... begeleidden.
zou kunnen gevangen houden: ik zou de volgorde anders doen: gevangen zou kunnen houden.
De man rijdt op zijn paard.
Het is al reeds avond; beetje dubbel.
tanden, nagels en messen, dolken; en staat op de verkeerde plek.
bereidt Joulha een warme maaltijd klaar; is dubbelop.
wordt er grotere stukken... moet worden zijn.
verspreid in de kuil moet zonder t; het vuurtje brandt mèt.
de bladeren ... hebben het beschermd.

Gepost op 19-04-2006 Om 22:08
Yoh, ik heb alles weer eens kritisch doorgekeken en jou suggesties doorgevoerd.
Dit hoofdstuk lag er al heel lang en ik heb er ook weer veel in zitten veranderen, vandaar dat het een beetje een zootje is geworden.
(wat leuk, nieuwe emoticons)
Gepost op 20-04-2006 Om 20:04

Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur) stappen ondernomen worden.