| |||||
2. Op school Judith rekt zich uit. Mama heeft haar net geroepen. Het is tijd om op te staan, maar ze wil nog even blijven liggen. Floris is al naar beneden. Ze hoort hem kletsen op de trap. Floris is altijd vroeg wakker. Judith slaapt liever wat langer uit. ‘Judith, nu moet je echt komen’ hoort ze mama roepen. Met een zucht gaat Judith rechtop zitten. Ineens denkt ze weer aan het museum. Ze heeft er zelfs over gedroomd! Ze voelt zich ineens klaar wakker en rent de trap af. Vandaag zal ze Chris van het museum vertellen. Daar heeft ze zin in. Om 8.00 uur staan Judith en Floris met hun fietsen klaar op het achterpad. Mama haalt haar eigen fiets uit de schuur. Hé, daar is Chris. Hij fietst met zijn oudere broer over het achterpad. ‘Hoi Chris’, roept Judith, ‘ik moet je straks wat vertellen’. ‘Oké, tot zo’, antwoordt Chris, en dan rijdt hij met zijn broer weg. Judith gaat er niet achteraan, al moeten ze naar dezelfde school. Ze hebben voorheen wel een tijdje samen naar school gefietst, maar dat was geen succes. Ze zijn al een paar keer gevallen omdat ze met hun sturen tegen elkaar botsten. En een andere keer zat Chris zo achteruit te kijken naar Judith dat hij achterop een auto botste die aan de kant van de weg geparkeerd stond. Toen hebben de moeders maar besloten dat het samen naar school rijden nog even wordt uitgesteld. Het is druk op het schoolplein. Snel zet Judith haar fiets op slot. Ze geeft haar moeder een kus en een knuffel en rent naar haar lokaal. Mama loopt altijd met Floris mee naar zijn lokaal, maar Judith voelt zich al te groot om nog zover weggebracht te worden. Ze hangt haar rugtas op en gaat weer naar buiten. Waar is Chris nou gebleven? Aha, daar ziet ze hem al, bij Tim en André. Dat zijn zijn beste vrienden, weet Judith, en Chris speelt vaak met ze. Ze zijn druk met elkaar aan het praten. Judith staat even naar ze te kijken. Ze wil liever met Chris praten als hij alleen is, bedenkt ze. Dan wacht ze wel op een later tijdstip. De schoolbel gaat. Judith loopt de klas in en wil net op haar stoel gaan zitten. Hé, juf ziet er anders uit, ziet ze. Ze heeft het nog maar net bedacht als ze opeens vlak achter zich een schelle stem hoort roepen. ‘Brand, brand, allemaal snel naar buiten!’ Verschrikt staat Judith op en kijkt om zich heen. Ook de andere kinderen kijken verbaasd en verschrikt rond. Dan ziet ze Marnix, die de grootste lol lijkt te hebben. ‘Oeps, sorry’, zegt Marnix, ‘ik zag juf d’r haar en toen dacht ik echt dat er brand was’. Even is het heel stil in de klas. De ogen van alle kinderen gaan naar de juf, en dan begint iedereen te lachen. Die Marnix. Hij roept altijd van alles. Judith beseft nu wat er anders was aan juf. Ze heeft haar haar geverfd, en het is nogal rood geworden. Juf klapt 3 keer in haar handen en begint af te tellen van 5 naar 0. Dat doet ze altijd als ze met de les wil beginnen. Judith denkt dat juf het grapje van Marnix niet toch niet zo’n leuke grap vond. Pas in de fruitpauze kan Judith Chris spreken. Ze lopen net naar buiten toe. ‘Chris, wij gaan naar het museum’, zegt Judith. ‘O, leuk’, zegt Chris. ‘Jij mag ook mee, heeft mama gezegd, wil je dat wel?’ ‘O, wat is dat dan precies, een museum, kan je daar ook spelen?’ ‘Nou, vast ook wel’, zegt Judith, maar het is ook leuk omdat er hele grote beelden uit China zijn, lekker spannend joh’. ‘Dat weet ik niet hoor’, zegt Chris, ‘we kunnen toch ook gewoon bij mij gaan spelen?’ ‘Maar als we dan klaar zijn in het museum, dan gaan we bij ons friet eten, heeft mijn moeder gezegd, en het museum duurt maar een uurtje of zo’, zegt Judith snel. Ze weet dat Chris van friet houdt en ze hoopt maar dat hij mee wil gaan. Zelf weet ze ook niet of ze die oude beelden wel zo leuk vindt, maar met Chris erbij is het altijd wel leuk. ‘Lekker, friet’, zegt Chris, ‘nou, dan wil ik wel mee hoor. Wanneer gaan we dan?’ ‘Vrijdag’, zegt Judith, ‘dan komt mijn vader wat eerder uit zijn werk. Of ga je dan al bij iemand spelen soms?’ ‘Nee, maar ik moet het nog wel even aan mijn moeder vragen, of het mag’, zegt Chris. Judith is blij dat Chris mee wil. Nu moet ze nog even aan haar moeder vragen of ze vrijdag friet mogen eten als ze terugkomen uit het museum, want dat heeft ze nu aan Chris beloofd. Mama vindt het vast wel goed. Blij loopt Judith naar haar vriendinnen op het plein. Ze doen ‘Schipper mag ik overvaren’. Als Judith na de broodpauze haar lokaal binnenkomt, ziet een aantal meisjes dicht bij elkaar staan praten. Miranda heeft blijkbaar iets waar de anderen naar kijken. ‘Zullen we eens kijken?’,zegt Judith tegen haar vriendin Sophie, die met haar de klas inloopt. ‘Wat heb je daar?’ vraagt Judith aan Miranda. Miranda steekt haar hand uit. ‘O slakken’, zegt Judith, ‘leuk’. ‘O bah, dat je die durft vast te houden’, roept Sophie erdoorheen. Miranda houdt van allerlei dieren en diertjes en ze durft heel veel dieren vast te houden. De jongens komen dan vaak stoer doen en zeggen dat ze dat ook wel durven. Maar Judith weet van Chris dat ze het dan meestal toch niet doen. Judith heeft ook wel eens één slak op haar hand laten kruipen, maar Miranda heeft een stuk of 6 huisjesslakken op haar hand en onderarm gezet. Die heeft ze in de pauze vast gevonden in de struiken om het schoolplein. ‘Dat zijn er wel veel’, zegt Judith, ‘wat ga je ermee doen?’ ‘Ik heb geen doosje’, zegt Miranda, ‘en mijn pennenbakje is te plat, daar past hun huisje niet in’. Verschillende meisjes kijken in hun vak naar een geschikt doosje, maar niemand heeft wat voor Miranda. ‘Ik hou mijn arm wel een beetje onder de tafel’, zegt Miranda, ‘dan ziet juf het niet. En ik schrijf toch met mijn andere hand. ‘ Juf Bianca komt binnen en loopt naar haar tafel. ‘We gaan weer beginnen’, zegt ze. ‘Ik ga een papier uitdelen dat je eerst op de kop op je tafel moet laten liggen’. Ze loopt langs alle kinderen, terwijl ze de papieren uitdeelt. Judith ziet dat Miranda een beetje gebukt en voorover zit, zodat ze haar arm-met-de-slakken goed onder haar tafel kan houden. Het is eigenlijk wel grappig. Juf heeft de papieren uitgedeeld en vertelt welke opdracht de kinderen nu moeten uitvoeren. Judith gaat snel aan het werk en vergeet Miranda en haar slakken. ‘Moet je dat zien’, fluistert Sophie tegen Judith. Ze wijst naar het raam. Judith kijkt en begint zachtjes te lachen. Ze ziet de slakken van Miranda. Blijkbaar heeft ze haar slakken op het raam gezet en nu zijn ze allemaal op weg naar boven. Zes slakken kleven op het raam en laten glibberige sporen na. Wat een grap. Judith stoot Jolien, die aan haar andere kant zit, aan en wijst haar op het raam. Ook Jolien begint zachtjes te lachen. Uiteindelijk weet bijna de hele klas van de slakken op het raam, maar juf lijkt het niet op te merken. Dan klinkt opeens de stem van Kasper: ‘juf, er zitten vlekken op het raam’. Juf kijkt eerst heel verbaasd naar het raam, en snapt al snel dat dit een grap is. Maar ze is vandaag niet in zo’n goede bui. Dat komt zeker door dat gelach om haar geverfde haren. ‘Miranda, jij zit er het dichtst bij, zou jij die slakken even naar buiten willen zetten?, vraagt juf.’ ‘Maar juf, ze zijn net met een wedstrijdje bezig, wie er het eerst bovenaan is’, roept Johan door de klas. ‘Dan mogen ze buiten hun wedstrijdje afmaken’, zegt juf een beetje boos. ‘En gaan jullie nu maar weer snel verder met jullie opdracht’. Judith kijkt Sophie en Jolien aan. Ze lachen naar elkaar. Het was toch een goeie grap, vinden ze. De schoolbel gaat. Judith rent naar haar moeder. ‘Hallo meisje’, zegt haar moeder, en ze aait Judith over haar hoofd. ‘Hoi mam, mogen we morgen friet eten als we uit het museum komen? Toe, mag het? Chris vindt dat ook lekker.’ ‘Ja hoor’, zegt haar moeder, ‘dat mag wel’. Judith geeft haar moeder snel een knuffel, ze is blij dat het mag. Als Chris nu ook nog mee mag van zijn moeder, dan wordt morgen een hele leuke dag. |
|||||
|