248816
 
 
 
 
 

     Menu:

> Startscherm
> Schrijvers
> Verhalen
> Open verhalen
> FAQ
> Vintage

Rots
H1b. ‘Plotos’
Door: Auke-Willem (AW)
Commentaar van de schrijver:
Categorie: Fantasy
Geschatte leestijd: ca. 4 minuten

Buiten adem van het hardlopen, kwam Agathon aan bij een pier aan de zuidkant van Plotos. Hij trok zijn sandalen van zijn voeten en de pijpen van zijn broek werden omhoog getrokken. Vervolgens ging hij zitten op de rand van de pier en liet zijn voeten in het water bungelen. Steunend op zijn armen, hing hij achterover, zijn halflange, donkerblonde haren overgevend aan de wind, terwijl de zon zijn gezicht verwarmde.
De lichamelijke inspanning had als gevolg gehad dat hij zich weer wat rustiger voelde. Het aanzicht van Plotos was en bleef imposant. De stad bestond al meer dan vijftig jaar, volgens de oudere inwoners. Je kon nog goed zien waar verschillende schepen zich bevonden, al waren ze allemaal aan elkaar vast gebonden en getimmerd. Veel masten staken nog overal de lucht in, maar de zeilen waren al lang verdwenen.
Kraaiennesten waren nog zeldzamer. De weinige die nog geacht werden veilig te zijn, werden gebruikt als uitzichtstorens over de stad. Puur voor plezier. Eén van die torens, niet ver van hun eigen schip, was een favoriete plaats van Agathon. Hij ging daar graag naartoe om over de stad te staren en over het water. Maar rondom Plotos strekte de grote wereldzee zich eindeloos uit tot ver voorbij de horizon.
Toch was het een prettige plek om rustig bij weg te dromen. Het was daar, dat zijn fantasie elke keer weer werd geprikkeld. Het was op die plek dat hij kon zien hoe klein dit drijvende stadje eigenlijk was. Er moest meer zijn dan dit bestaan op deze plek. Het kon toch niet waar zijn dat Alexios gelijk had? Dat er op die hele grote oceaan niets anders te vinden zou zijn dan slechts meer drijvende steden als Plotos?
Maar vandaag had hij gekozen om niet naar die favoriete plek van rust te gaan. Alexios wist dat hij daar graag kwam en hij had er geen zin in om daarboven in de lucht te worden klemgezet door de man die, zolang hij zich maar kon herinneren, als een vader voor hem was geweest.
De opmerking die hij daarover had geplaatst zat hem dwars. Hij nam zich voor om later op de dag, daar zijn excuses over aan te bieden. Hij had zich geen betere vader kunnen wensen. Want ondanks het feit dat ze er geregeld verschillende meningen op na hielden, wist hij dat Alexios van hem hield. En dat gevoel was wederzijds, al zou geen van beide mannen dit ooit hoorbaar tegen elkaar uitspreken.
Agathon kon zich ook geen leven voorstellen zonder Alexios. Al zo lang hij zich kon herinneren had hij bij hem gewoond. Alexios had hem verteld dat ze hem hadden gevonden na één van de heftige stormen, die Plotos van tijd tot tijd plagen. Tijdens een zoektocht rondom de stad naar weggespoelde of afgebroken delen van de stad, had één van de jutterbootjes een ander bootje zien dobberen. Toen ze dichterbij kwamen, zagen ze dat daarin een vrouw van nog geen dertig jaar lag, een baby van ongeveer zes maanden oud, stevig in haar armen geklemd. De vrouw leefde niet meer, maar het kind wel!
Onwillekeurig ging de hand van Agathon naar het medaillon dat hij altijd, verborgen onder zijn tuniek, om zijn nek had hangen. Het enige bezit dat hij had, wat nog van zijn moeder was geweest. Al had hij haar nooit gekend, toch voelde hij een gevoel van gemis als hij probeerde zich haar te herinneren.
Alexios was aan boord van het scheepje geweest dat hen had gevonden. Een jaar daarvoor had hij zijn eigen kind verloren aan een andere storm. Zijn vrouw was enige maanden later van verdriet gestorven.
'De storm neemt en de storm geeft'.
Die woorden had Agathon vaak gehoord. Alexios had blijkbaar vrede gevonden met alles wat er was gebeurd, maar bij Agathon bleef het knagen.
Hij haalde zijn medaillon tevoorschijn vanonder de kleding waar deze voor nieuwsgierige ogen en grijpgrage handen verborgen was. Om de illusie in stand te houden had Agathon een stevig, maar lichtelijk gerafeld stuk touw gebruikt als ketting, zodat niemand zou vermoeden wat voor een schat hij met zich mee droeg.
Toen destijds was besloten dat Alexios de voogd van de jongen zou zijn, had hij ook het medaillon meegekregen. Eén van de andere twee inzittenden van de boot, die ook bij de vondst waren geweest had nog geopperd dat ze het voor veel geld zouden kunnen verkopen. Per slot van rekening hadden ze dat toch wel verdiend? Maar Alexios en de derde kameraad waren het er snel over eens dat het medaillon rechtens toebehoorde aan het kind.
Na snel om zich heen te hebben gekeken of er niemand in de buurt was die het kon zien, hield Agathon het blinkende voorwerp in de zon. Het was werkelijk een schitterend item. Een gladde, ovale, groene steen, stevig vastgeklemd in een zilveren ring, die perfect meeliep met de ovale vorm. In de steen zelf was een rudimentaire vis geslepen met behulp van twee gebogen lijnen. De visvorm had een lichtere groene kleur, die geel dicht benaderde. Op de zilveren ring stonden allerlei lettertekens, die rondom liepen. De tekens waren hem onbekend. Hij had ze nog nooit eerder gezien. En onderaan sierde nog een klein rood steentje het geheel, alsof het een startpunt en eindpunt van de vreemde tekst aangaf. Een heel mooi en heel kostbaar sierraad.
Zijn gedachten gingen nog even terug naar het moment dat Alexios hem als zijn eigen zoon in huis haalde. Niemand wist hoe de baby heette. Dus gaf Alexios het kind de naam Agathon, wat 'moed' betekende. Een naam om na te streven, zo had hij Agathon geregeld op het hart gedrukt.
Hij slaakte een diepe zucht. Dus ook de moed om sorry te zeggen voor die uitbarsting van daarstraks. Maar dat kon nog wel even wachten.
Het medaillon werd weer teruggestopt in de tuniek. De zon was nog lang niet onder. Dat kon nog wel een paar uurtjes duren. Misschien dat Anaxagoras te vinden was bij het zuiderkwartier.
Lenig sprong Agathon overeind en trok met een paar snelle bewegingen zijn sandalen weer aan. De broekspijpen werden weer naar beneden gerold en rustig wandelde hij de stad weer in.
Gepost op 11-10-2011 om 07:13 uur
98 keer gelezen
<< Vorige in deze serie

Alle verhalen in deze serie (Rots)
Alle verhalen van deze schrijver (Auke-Willem (AW))



Door: Rapunzel
Waardig vervolg, AW. Het leest ook heel prettig

Let nog even op het medaillon. De eerste keer dat je het noemt schrijf je "het", de keren daarna heb je het over "de" medaillon

Gepost op 11-10-2011 Om 09:34
Bedankt!

Wat betreft dat "de" of "het" heb je helemaal gelijk. Na een beetje onderzoek blijkt "het" de juiste te zijn. Ik pas het aan!
Gepost op 11-10-2011 Om 13:37

Door:
Super leuk vervolg.
Ben benieuwd naar de komende posten.

Gepost op 11-10-2011 Om 14:51
Vrijdag kun je de volgende verwachten!
Gepost op 11-10-2011 Om 17:57

Door:
Mooi vervolg, AW.

1 puntje:
Steunden op zijn armen moet denk ik zijn: steunend op zijn armen

Ik vond het wel lastig om me dat voor te stellen. Ik vermoedde eerst dat er zou staan: steunend op zijn armen hing hij voorover. Ik heb het toen eens geprobeerd, op mijn armen steunend achterover hangen en ik weet eigenlijk niet hoe je dat bedoelt. Ik vind geen enkele steun van mjn armen, want die glijden steeds uit mijn zijde als ik probeer te steunen. Maar ik denk dat dat aan mij ligt, want jij hebt er vast wel een beeld bij als je dat zo omschrijft.

Ik ga wel verder, want ik vind het erg boeiend.
Gepost op 14-10-2011 Om 15:24
Oké, duidelijk!
Ik heb het aangepast.
(Dank je...)
Gepost op 14-10-2011 Om 16:12

Door: EsQuizzy
Opje armen steunend achterover hangen: Dat is toch eenvoudig, lijkt mij. Je bovenarmen naar achteren, je onderarmen naar voren, horizontaal liggend op de bovenkant van het oppervlak waar je tegenaan leunt, en je handen rustig laten afhangen. In die houding rust je feitelijk op je ellebogen maar je leunt wel degelijk achterover.

Ook een liggende positie kun je zo aannemen: vanuit zittende positie laat je je achterover zakken waarbij je leunt op je naar achteren gestoken ellebogen. Zo zit ik vaak aan het strand, bijvoorbeeld.

Simple comme toujours…



Gepost op 03-12-2011 Om 08:14

Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur) stappen ondernomen worden.