248816
 
 
 
 
 

     Menu:

> Startscherm
> Schrijvers
> Verhalen
> Open verhalen
> FAQ
> Vintage

Even
Stil
Door: Rapunzel
Commentaar van de schrijver:
Categorie: Drama / Roman
Geschatte leestijd: ca. 7 minuten

Daar zaten ze dan met z`n vieren om de achtertafel. Janine had een makkelijke maaltijd bereid vanavond. Ze was de hele dag druk bezig geweest en had geen zin gehad uitgebreid te koken. Bertrand was aan het werk geweest, maar was vroeger dan normaal thuisgekomen en Karlijn was die middag na schooltijd verdiept in een boek van John Grisham.
Ietwat ongemakkelijk zat Steffie aan tafel deze avond. Af en toe keek ze op van haar bord, afwisselend naar haar vader en haar moeder. Ze probeerde te peilen en van hun gezichten af te lezen of ze al iets van haar streken van vandaag gehoord hadden. Ze wilde zó graag haar verhaal kwijt, ze wilde haar gedachten en gevoelens delen, maar ze verwachtte ook minimaal een preek…, die tot nu toe uitbleef en dat bevreemdde haar, waardoor ze zich niet bepaald op haar gemak voelde.

“Hé Steffie, hoe is het nu, meid? Druk aan je huiswerk bezig geweest boven, hè? Ga je vanavond nog naar Whitesox toe?”, informeerde Bertrand, die zo luchtig mogelijk probeerde te doen.
“Hûh…? Eehm ja en ik denk het wel.”, was de verbaasde reactie van Steffie, ze had een andere vraag verwacht na haar denderende thuiskomst vanmiddag.
“Ja, na een val is het het beste om gewoon meteen weer op te stappen hè.”, zei Bertrand. Hij deed altijd graag alsof hij verstand had van de paardensport, vond Steffie en meestal kon ze daar wel om lachen en vond ze het leuk om hem allerlei onzinnige weetjes en anekdotes te laten vertellen. Vanavond had ze daar echter helemaal geen plezier of zin in. Gelaten antwoordde ze daarom, ”Ja, klopt pap, ik denk dat ik daarom straks ook nog maar even bij hem ga kijken.”
“En jij Karlijn? Zijn we je straks weer kwijt aan dat boek?”, ging Bertrand verder met Karlijn die geconcentreerd de slierten spaghetti op haar vork probeerde te krijgen, geen verdere aandacht bestedend aan het futloze antwoord van een doorgaans zo andere Steffie.
“Oh, pap, het is zó`n spannend boek hè. Als ik hem uit heb, moet je hem ook maar eens lezen.”, sprak Karlijn enthousiast.
“En hoe was het op school vandaag?”, vroeg Janine, en ze keek in de richting van Karlijn. Daardoor zag ze niet dat haar oudste wit wegtrok en meteen daarna een knalrode blos op haar wangen kreeg. Steffie hoopte vurig, dat Karlijn met een leuk verhaal kwam, zodat de aandacht bij haar bleef en zijzelf niets hoefde te vertellen. Althans nog niet nú.
“Nou ja, best wel vreemd, maar toch ook heel leuk.”, vatte Karlijn de dag in een paar woorden samen, voordat ze verder ging, ”Meneer Ferro kwam met een spreuk aan vandaag, nadat Adriaan een opmerking in zijn les maakte over het feit dat hij straf gekregen had van meneer Hirschbach, omdat hij tijdens de les kauwgom zat te kauwen terwijl meneer Hirschbach zelf met een snoepje in zijn mond z`n les begonnen was. En toen zei meneer Ferro “Qoud licet lovi non licet bovi”.
“Aha, mijn Latijn is niet meer wat het geweest is.”, zei Bertrand.
“Nou-eeh het betekent eigenlijk gewoon dat je rekening moet houden met je eigen rang of stand. Wat voor de één toegestaan is, is voor de ander nog niet geoorloofd.”, legde Karlijn uit, “Wist je trouwens dat bovi eigenlijk stier betekent?”, ging ze verder, “Dat heeft meneer Ferro ook uitgelegd, en Adriaan moest het de rest van de dag met zijn nieuwe bijnaam “stier” doen, haha, was best geinig.”
“Die arme jongen, krijgt hij al straf, wordt hij op deze manier nog eens dubbel gestraft. Die zal vast de komende tijd geen kauwgom meer kauwen tijdens de lessen.”, leefde Janine met de jongen mee.
“Nou, ik denk, dat dit mijn nieuwe favoriete gezegde wordt in plaats van het gezegde “noblesse oblige” van mevrouw De Ridder.”, verklaarde Karlijn.
“En wat was er zo vreemd dan?”, vroeg Steffie, die het gesprek graag gaande wilde houden.
“Ja, eehm… mevrouw Wansenke moest ineens bij de conrector komen tijdens onze les en toen ze terug kwam was ze een beetje witjes vonden Nina en ik.”, en terwijl Karlijn deze woorden uitsprak zag Steffie de bui al hangen, “Ach, het is toch een raar mens. We zijn er nog niet achter wat er aan de hand was, maar daar komen we nog wel achter, wees maar niet bang.”, sprak Karlijn op een geheimzinnige toon en Steffie uitte, in haar ogen ongemerkt voor de rest van de familie, een zucht van verlichting dat Karlijn de details nog niet wist.
“Oh ja, en ik heb ook nog een punt terug van Frans.”
“En?”
“Een tien!! Haha!”, lachte Karlijn, “Voor de luistertoets, meneer Van der Laak heeft hem drie keer nagekeken, omdat hij het niet kon geloven. De laatste keer dat iemand dat had gehaald was bij hem twaalf jaar geleden. Grappig toch?”
“Hartstikke goed, schat! Prima gedaan!”, complimenteerden Janine en Bertrand hun dochter.

“Eens kijken, lezen we vandaag gewoon verder waar we gisteren gebleven waren of heeft er iemand een suggestie?”, vroeg Bertrand na de verhalen van Karlijn, en hij stond op om de Bijbel te pakken, die een vaste plek in de boekenkast had, “Vergeten te pakken bij het tafel dekken, hè?”, en hij gaf Karlijn een aai over haar bol.
“Psalm 139.”, stelde Janine voor.
“Prima, doen we die.”, was Bertrand het met haar eens. Karlijn vond alles prima, haar vader had een mooie, prettige voorleesstem vond ze, dus het maakte haar deze keer niet veel uit wàt hij zou lezen. Bovendien ze had zichzelf voorgenomen vanavond voor het slapen gaan nog eens Richteren 15, 1 Koningen 3 of Daniël 5, òf misschien wel alle drie, te lezen.
“Goede keus, mams.”, vond Bertrand na het lezen van psalm 139, “Altijd goed even eraan herinnerd te worden dat we gewild, gezien en gekend zijn en worden door de dragende, leidende Liefde van God. We beginnen, reizen, rusten en ontwaken in Zijn nabijheid. Ons leven is open voor Gods aangezicht en al beseffen we het niet altijd, we kunnen en mogen altijd terugvallen op deze zekerheid. Zal ik vanavond afsluiten met gebed?”

“Steffie, je bent wel heel stil vanavond, meisje. Is er iets?”, vroeg Janine na het eten, toen ze met z`n tweeën aan de afwas waren. Ze wilde nu wel weten wat er met Steffie was, en ze vond dat ze zich lang genoeg ingehouden had. Het leverde haar sterke non-verbale communicatie van Bertrand op, die nu ook met een opgevouwen tafelkleed heen en weer aan het zwaaien was, maar dat kon haar even niet zoveel schelen, haar moederinstinct en de wil om de problemen van haar kind boven water te krijgen, kregen de voorrang nu.
“Oh ja, eehm… “
“Nou vooruit voor de draad ermee!”, sprak Janine nu iets fermer dan bedoeld.
Steffie begon te huilen en wilde weglopen, maar dat stond Janine niet toe. Er was duidelijk ìets aan de hand met Steffie, ze had de juiste knop geraakt en nu wilde ze het weten ook.
“Hè meisje, wat ìs er toch?”, sprak ze nu zacht en ze dirigeerde Steffie naar een stoel bij de achtertafel. Het had geen nut dat Karlijn hier ook iets van meekreeg en dus deed Bertrand de deur tussen achterkamer en voorkamer dicht. Hij had even om het hoekje gekeken en Karlijn zat nietsvermoedend in de hoek op de bank in haar boek verzonken.

“Zo, nou, dat is nogal wat hè!”, zei Bertrand na een poosje en hij keek zijn dochter met grote ogen aan.
“Hmhm”, was het enige dat Steffie na haar lange verhaal nog wist uit te brengen.
“Nou, ga maar even je gezicht wassen en een beetje afkoelen, dan kunnen mama en ik hier even samen over praten.”, vond Bertrand.
“Oké.”, Steffie stond op en liep voorzichtig naar boven om op de badkamer haar gezicht onder de koude kraan te houden. Ze bekeek zichzelf eens in de spiegel… “Domme trut.”, zei ze zacht tegen haar spiegelbeeld, “Heb je je weer laten opjutten door Masha en Hans. En nou moet je kijken hoe je eruit ziet…”.

“Steffie, mama en ik hebben er samen over gepraat en we beseffen, dat er veel druk op je ligt nu in deze moeilijke tijd, maar zeker ook de afgelopen twee jaar. Ook al praat je er niet veel over, we weten dat je ermee zit. Het is niet makkelijk… geweest allemaal, ook voor jou niet. We denken, dat het ook deels onze schuld is, omdat wij niks opmerkten.”, begon Bertrand nadat Steffie weer beneden was en zich weer bij hen gevoegd had.
“Hoe denken jullie nu over mij?”, vroeg Steffie door weer opkomende tranen heen.
“Wat denk je?”
“Weet niet.”, zei Steffie, terwijl ze met haar hoofd voorover gebogen zat en met een papieren zakdoekje friemelde.
“We houden van je, meidje. Dat hebben we altijd gedaan en zullen we altijd blijven doen.”, zei Janine, terwijl ze naast Steffie ging zitten en een arm om haar heen sloeg, “Niemand wordt groot zonder fouten te maken. Maar je kunt het, ook zonder oneerlijk te doen. Op eigen kracht zijn je resultaten ons veel meer waard.”
“Denk je echt dat ik daarom die toets meegenomen heb?”, vroeg Steffie nu en ze hief haar hoofd omhoog om haar moeder aan te kijken. In haar stem klonk een mix tussen verbazing en ontzetting door.
“Waarom anders?”, vroeg Bertrand.
“Nou, omdat ik gedwòngen werd misschien?”, reageerde Steffie nu gekrenkt.
Bertrand en Janine wisselden een paar blikken uit, die deels door Steffie begrepen werden en ook deels alleen door Bertrand en Janine begrepen kònden worden.
“Ja, dat werpt weer een heel ander licht op de zaak.”, vond Janine.
“Maar, dat had ik zonet toch ook verteld?”, vroeg Steffie, die nu door begon te krijgen dat dat gedeelte van haar verhaal net toch niet helemaal goed over gekomen was bij haar ouders, “Heeft meneer Willms jullie dan nog niet gebeld?”, vroeg ze zich nu af.
“Nee, we hebben nog niks gehoord.”, zei Bertrand.
“Dat is toch best nog eenvoudig te verklaren.”, dacht Janine opeens de oplossing gevonden te hebben voor het achterwege blijven van het belletje van de conrector, “Ik denk, dat mevrouw Wansenke flink op haar kop gekregen heeft…”, ze maakte haar zin niet verder af, maar in gedachten combineerde ze wat Steffie en Karlijn verteld hadden over school vandaag.
“Hoezo dat?”, vroeg Steffie zich af.
“Karlijn zei toch dat mevrouw Wansenke witjes de klas binnen was komen lopen, nadat ze bij de conrector vandaan kwam.”
“Ja?”
“Één en één is bij mij nog altijd twee.”, antwoordde Janine en ze pakte haar `strenge` toon weer op, “Maar dat neemt natuurlijk niet weg, dat wat er vandaag gebeurd is hartstikke fout is hè jongedame. Ongeacht dwang of niet. Je bent nu zo langzamerhand volwassen aan het worden. Over een paar maanden zit je al in VWO6. Dan zul je toch de consequenties van je daden moeten kunnen doorzien en je niet laten dwingen of op laten jutten door anderen. Kom toch eens voor jezelf op, meidje.”
“We weten dat dat moeilijk is, maar het zàl op een gegeven moment moeten.”, viel Bertrand zijn vrouw bij, “Je moet niet altijd bang zijn voor wat anderen denken of doen.”
“Maar… maar…”
“Ja, we snappen het, meisje. We snappen het… Opgroeien is moeilijk, maar weet dat we er altijd voor je zijn.”
Gepost op 01-07-2011 om 22:16 uur
121 keer gelezen
<< Vorige in deze serie

Alle verhalen in deze serie (Even)
Alle verhalen van deze schrijver (Rapunzel)



Door: EsQuizzy
Even naar het huidige eind doorgelezen zonder op de voorgaande te reageren.

Weet ook hier niet wat ik moet reageren. Je eigen omschrijving ‘heftig’ lijkt mij heel accuraat toe.

Gepost op 02-07-2011 Om 10:00
Me neither... =)
Gepost op 02-07-2011 Om 21:32

Door: Levanda
Mijn linkeroog is twee tranen kwijt... Ik huil nooit om verhalen. Ik denk dat het gewoon heel herkenbaar is. Mijn complimenten.
Gepost op 02-07-2011 Om 12:36
Tsjonge, Levanda, hier ben ik dan weer even stil van...

Dank je wel voor je complimenten! =)
Gepost op 02-07-2011 Om 21:30

Door:
Mooi.
Gepost op 13-07-2011 Om 21:30
=)
Gepost op 14-09-2011 Om 20:45

Door:
zo mooi sluit me aan bij de bovensaande reacties
Gepost op 14-09-2011 Om 19:48
=)
Gepost op 14-09-2011 Om 20:45

Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur) stappen ondernomen worden.