| |||||
“Pap, je moet je nog scheren voordat we naar oma gaan.”, hielp Karlijn haar vader herinneren. Bertrand liet het liefst gewoon een, zoals hij het zelf altijd noemde, `standaard-drie-dagen-baardje` staan en zijn drie dames hadden daar totaal geen problemen mee, die vonden het wel charmant. Zijn schoonmoeder daarentegen… die had een hekel aan `standaard-drie-dagen-baardjes`. “Ach ja, dank je! Geen `standaard-drie-dagen-baardje` dit weekend.”, lachte Bertrand terwijl hij zich in de richting van de trap begon te bewegen. “Nee, oma griezelt al bij het idee alleen.”, lachte Karlijn terug, “Maar je laat hem toch wel weer staan als we weer thuis zijn? Vind ik véél leuker.”, informeerde en waardeerde Karlijn. “Natuurlijk, griet, natuurlijk! Wat zou ik zijn zonder mijn `standaard-drie-dagen-baardje`?”, was de dankbare reactie van Bertrand, “Ga ik even naar boven om me te scheren, oké. Ben zo weer terug…. hebben jij en Steffie jullie tassen al gepakt? “Ja, ben helemaal klaar.” “Moet er nog leren mee voor het weekend?”, wilde Bertrand weten. “Pap, alsjeblieft… even niet.” “Oké, ik ben boven.” “Ha, ik dacht dat jij al van de fles af was?”, grapte Bertrand toen hij de trap weer af kwam en Karlijn op de bank zag zitten met een flesje drinken aan haar mond. Hij glimlachte bij het serene tafereeltje. “Haha, grappig pa!”, reageerde Karlijn, “Kunnen we nu weg?” “Uh, ja wat mij betreft wel. Nog even plasje plegen.” “Ja, dat moet je zelf doen.”, lachte Karlijn, die zich soms schaamde voor die uitdrukking van haar vader, maar gelukkig zei hij het steeds minder als er ook andere mensen bij waren. “Waar is Steffie?”, vroeg Bertrand toen hij de kamerdeur weer achter zich dicht deed. “Op d`r kamer, ze wilde nog een ander truitje meenemen ofzo, geloof ik.”, antwoordde Karlijn, terwijl ze over haar onderbeen wreef en pijnlijk keek. “Wat is er?”, informeerde Bertrand. “Oh, niks pap, beetje spierpijn, that`s all.”, reageerde Karlijn schouderophalend. “Oké, maar als er iets is… zeggen hè!”, sprak hij zijn dochter toe. “Ja-ha, pap, is goed.”, zei Karlijn verveeld, maar eigenlijk wilde ze zeggen dat ze doodop was. “Steffie!! Je hoeft je hele garderobe niet mee te nemen, we gaan maar een weekendje weg!”, riep Bertrand naar boven. “Ja, kom al!!”, riep Steffie terug, “Nog even iets pakken! Momentje!” “Oké dames, `einsteigen`!”, Bertrand had de autodeur opengezet en liep zelf naar de bestuurderskant van zijn bolide. “Steffie?”, fluisterde Bertrand nadat ze ongeveer een kwartier onderweg waren, “Slaapt Karlijn?” “Ja, pap.”, antwoordde Steffie op fluistertoon terug. “Hmmm, laat haar maar lekker even slapen dan.”, vond Bertrand met een tedere glimlach op zijn lippen. “Ja, ik ga wel effe lezen of muziek luisteren. Geen probleem.” Hm hm hm And just when you`re planning On another rainy day, The sun comes shining through. Karlijn neuriede en zong mee met haar favoriete zanger, het middagdutje had haar zichtbaar goed gedaan. “Pap, kun je eens doordrukken naar `Pigeon`, `I`m nearly famous`, `Language of love`, `Move it` of eh… `Sometimes love`? Ik heb zin in een sneller nummer.” “Jaja, noem het hele arsenaal op.”, lachte Bertrand, die zijn beide dochters aangestoken had met zijn muzieksmaak. Een muzieksmaak die vrij breed was, maar hier en daar toch echt bepaalde voorkeuren kende. “Ook goed als ik gewoon één verder doe?” “Repertoire, pap, niet arsenaal.”, verbeterde Karlijn haar vader, “En ja, één verder ook goed, of-eh je pakt `Thief in the night`… ook goed.”, giechelde Karlijn. “Makkelijk ben je toch ook hè.”, knipoogde Bertrand in het achteruitkijkspiegeltje. “Hihi.”, en verder zong Karlijn, ditmaal ondersteund door Steffie. Ergens tussen Zwolle en Staphorst stelde Bertrand voor een spelletje te doen. De reis van Driebergen naar Gasselternijveenschemond duurde meestal zo`n 2 uur, dus een beetje tijdverdrijf was geen overbodige luxe. Zelfs niet nu Steffie en Karlijn ouder waren, het bleef leuk en gezellig om te doen. “Welke zullen we nu pakken?”, vroeg Steffie. “Ehm, wat dachten jullie van `Wie is het?` of de `Woordenslang`?, probeerde Bertrand. “Nèh, kunnen we niet automerken raden of tellen? Of iets met de nummerborden?”, gooide Karlijn in de groep. “Ehm ja, met de getallen of de letters op de nummerborden?’, vroeg Steffie. “Of nee, ik weet het al!”, riep Karlijn ineens, toen ze een auto met een buitenlandse kentekenplaat voorbij zag komen, “We gaan raden uit welk land de auto`s komen!” “Oké. Wie begint?”, zei Steffie. “Já, België!”, riep Bertrand enthousiast. “Jah, pa-hap, das niet eerlijk, we waren nog niet begonnen!” |
|||||
|