| |||||
“Hoe gaat het met d`r?”, vroeg Koen z`n vrouw aan de ontbijttafel. “Ze ligt nu nog te slapen, laat haar maar even lekker liggen, ze heeft het nodig.”, zei Louise, “het is ook allemaal zo hectisch geweest de afgelopen dagen…” “Ja, arm kind”, zei Koen, “ik hoop, dat ze een beetje tot rust komt zo.” “Ja, ik ook.” “Koen? Zullen we samen bidden voor ons meisje? Buiten onze steun kan ze die van Hem veel beter gebruiken. Wij trouwens ook denk ik.”, stelde Louise haar man voor. “Ik vind het een hartstikke goed idee,Louise. Brengen we meteen in praktijk.”, en terwijl Koen zijn handen in die van zijn vrouw vouwde, zei hij nog, “moeten we vaker doen Louise, moeten we vaker doen. We mogen Hem niet zo verwaarlozen en alleen ‘gebruiken’ als het ons uitkomt. Laten we dat ook maar meteen meenemen in ons gebed, vind je ook niet?” “Daar kan ik alleen maar ‘amen’ op zeggen.”, was Louise met haar man eens. “… in Jezus` naam, amen.” “Hoe laat is morgen eigenlijk de begrafenis?”, vroeg Koen om de na het gebed ontstane stilte te doorbreken. “Ik meen dat er op de kaart stond, dat de dienst om half elf begon.”, herinnerde Louise zich. “Pap, mam?”, Anne stond in haar nachthemd in de deuropening, “moet ik morgen mee?” En bij het laatste woord brak ze. Louise stond op, nam haar dochter in de armen en leidde haar naar de bank in de voorkamer. Daar nam ze Anne heel dicht tegen zich aan en streek troostend over haar blonde lokken. Na een poosje keek Anne met waterige oogjes naar haar moeder op “Sorry, mam.” “Sorry, kind? Waarvoor dat?”, vroeg Louise verbaasd. “Nou, sorry, dat ik zo huilerig ben. Dat ik niet weet wat ik met mezelf aan moet. Gewoon… voor de hele situatie, denk ik.” “Ach, meisje toch. Dat is toch helemaal niet nodig. Papa en ik snappen het volledig. Ook wij vinden het onbegrijpelijk. Gerd-Jan zo jong nog, zo vol levenslust, zo vol goede, enthousiaste ideeën, zo liefdevol het evangelie uitdragend naar buiten toe, naar de mensen om hem heen. Maar God zal weten waarom Hij Gerd-Jan nu al tot zich geroepen heeft, kindje.” Louise had moeite de juiste woorden te vinden, terwijl ook zij vocht tegen de tranen bij het zien van het verdriet van haar dochter. |
|||||
|