| |||||
Daar was het einde. Gabrielle klom de tunnel uit. Buiten was het al donker. Ze keek om zich heen. Waar was ze? Daar achter haar kwam iets aanvliegen. Zou het een helper van Demion zijn? Snel verstopte ze zich achter een paar struiken. De gedaante landde op de plek waar zijn net had gestaan. Het was een witte uit. Arges! Gabrielle kwam uit de bosjes tevoorschijn. Wat kom jij hier doen? En hoe is het met Hoopfulis? Arges vloog de lucht weer in en bleef boven haar hoofd cirkelen. Wil je dat ik je volg? Arges deed zijn kop een keer op en neer. Het was net of hij wilde zeggen. Ja. Kom treuzel niet volg mij. En is het je deze keer wel gelukt? Die oude monnik wilde niet praten. Is hij dood? Ik denk het. En het meisje? Dat was niet meer in de kapel. Waarschijnlijk is ze gevlucht voor ik de kapel binnen kwam. Waarom ben je haar dan niet achterna gegaan? Ja hoor eens de bossen zijn zo groot ze kan overal heen gegaan zijn. En wat moet ik nu? Naar Demion gaan en zeggen ja sorry het meisje is weg dus het feest gaat niet door? Wolverinx legt het boek dat hij meegenomen heeft op tafel. Misschien heb je hier iets aan? Boek van Hoop leest ze hardop. Het boek wat Demion wilde hebben. Wolverinx dit is geweldig. Ik zal Demion een bericht sturen. Futuris loopt naar een kooitje, maakt het deurtje open en haalt er een grote zwarte kraai uit. Ze zet het beest op een stokje. Uit een laadje pakt ze een stukje perkament. Met een veer schrijft ze er: Boek van Hoop in handen op. Ze stopt het perkamentje in een kokertje dat aan een van de poten van de kraai vastzit. Ze pakt het beest op en loopt met hem naar het raam. Ga maar jongen. Stel me niet teleur. De kraai vloog uit haar handen het bos in. Het was precies zoals Hoopfulis verteld had. De bossen en beekjes van Rustix waren schitterend. En daar in het midden stond de blokhut. Arges cirkelde nog steeds in de lucht. Gabrielle loopt de heuvel af, richting de blokhut. Ze deed hem open. In de hoeken van de blokhut hingen dikke spinraggen. Hier was een tijd niemand meer geweest. Arges was aan de buitenkant op de vensterbank gaan zitten. Arges vlieg alsjeblieft terug naar de witte kapel en kijk hoe Hoopfulis er aan toe is. Arges knikte met zijn kop en vloog weg. Gabrielle besloot eerst maar eens schoon te gaan maken. Ze pakte een houten emmer die in de hoek van de kamer stond. Ze liep naar buiten. Daar stond een grote waterput. Dit is geweldig! Demion liep met een groot boek in zijn handen door het huis heen. Het Boek van Hoop is eindelijk van mij. Hij legde het boek op tafel en sloeg het open. Maar dit is allemaal al gebeurd!. Wat is hier nu zo belangrijk aan? Hi wilde het van de tafel smijten toen hij opeens iets tussen de bladzijde zag zitten. Het was een oud perkamentje. Demion vouwde het open: Hoopfulis Het is mijn gelukt de Shadow weer op te sluiten in de kerkers van de zwarte bergen. Dit ging niet zonder slag of stoot. Ik schrijf deze brief met mijn laatste krachten. Jij bent vanaf nu degene die Neveria moet beschermen tegen het kwaad. Het kwaad is nu voor even getemd maar geloof me het zal snel weet terug keren. Garandes Demion bladerde verder hij moest meer over de Shadow te weten komen. De Shadow word steeds sterker en dreigend Neveria in totale duisternis onder te dompelen. De enige veilige plek is de witte kapel. Er moet een manier zijn hem te stoppen voor hij Neveria bereikt. Garandes. Als het hem zou lukken de Shadow te bevrijden zou hij de heerser over de hele wereld kunnen worden. Er was alleen nog een probleem. Hoe kwam hij uit dit huis weg. Hij zat vast muur vast. Er moest een manier zijn hier weg te komen. Iedereen kon er in en uit alleen voor hem bleven de deuren altijd gesloten. Hij moest en zou iets verzinnen om hier weg te komen. Arges streek naast Hoopfulis neer op de grond. Arges wat fijn dat je terug bent. Hoopfulis aaide het beestje over zijn kop. Arges wil je mij een veer en een stuk perkament aangeven? De uil vloog op de schrijftafel en klemde de witte veer die in de inktpot stond tussen zijn poten. De ademhaling van Hoopfulis was zwaar. Toen Arges met een stuk perkament tussen zijn poten aan kwamen vliegen. Begon Hoopfulis met zijn laatste krachten een tekst op te schrijven. Breng dit zo snel mogelijk naar Gabrielle toe. Arges vloog met het perkament tussen zijn poten de kapel uit. De dorpelingen hadden zich allemaal verzameld op het plein. Vandaag zou Dominee Hastelt terug komen. De hele middag hadden ze al staan wachten. Het liep nu tegen de avond en de Dominee was nog niet terug. Sommige dorpelingen begonnen angstig te worden. Zou het dan toch spoken? Lusing een jongen uit het dorp die altijd een nogal grote mond had zou wel even gaan kijken of de Dominee er al aankwam. Zijn ouders hadden heb altijd verboden het bos in te gaan. Maar het was nu zo druk op het plein niemand zou hem missen. Hij wrong zich tussen de menigte door en verdween het bos in. Hij sloeg de takken aan de kan het was al aardig donker. |
|||||
|