| |||||
TINNNNNG…!!! Met een schok werd Lidhia wakker op het spiegelbed in haar schemerlichte kamer. Haar verstand was de eerste paar seconden zo traag als slib, maar toen drong van opzij het beeld van Tirashya’s roze luminescentie-patroon tot haar door. Voor Gabriëlle was de onverwachte overgang vanuit het besneeuwde, met bremstruiken bezaaide landschap intussen niet minder verwarrend. Het schelle geluid dat ze plotseling gehoord had, alsof iemand vlakbij haar beide oren een triangel aansloeg, ebde nu snel weg. „Tirsch?” hoorde ze Lidhia fronsend vragen. „Wat doe jij hier!? En wat was dat nare geluid?” Huh? dacht Gabriëlle. Hoorde Lidhia dat óók!? „Ik heb een manier gevonden om je wàkker te krijgen!” fluisterde Tirashya opgetogen. Pas op dat moment besefte Lidhia dat ze niet meer in het natuurgebied liep. Meteen was ze ècht klaarwakker. „Gabriëlle!” spoot Lidhia, bijna in paniek. Maar dat gevoel sloeg direct door naar woede. Fel siste ze naar haar zusje: „Tirsch, weet je wel hoe geváárlijk dat kan zijn voor Gabriëlle!?” In een reflex dimde Tirashya geschrokken haar verlichting. Lidhia ging door: „Ze kan wel dóódgaan omdat jij mij wakker hebt gemaakt! Dat mag je ècht nóóit meer doen, hoor je me!?” Wèg was Tirashya’s triomfantelijke bui. De felheid waarmee Lidhia haar berispte maakte behoorlijk indruk op haar en ze wist even niets te zeggen. Met grote ogen van schrik en onvoorzien schuldgevoel staarde ze haar oudere zus aan. Gabriëlle, die de woorden van Lidhia over doodgaan zèlf nog maar half verwerkt had, had direct medelijden met het jonge waterlingmeisje. Lidhia was zo ver nog niet. „Het spijt me,” fluisterde Tirashya timide, maar ze leefde weer zichtbaar op tijdens haar uitleg: „Ik hoopte dat je met mij naar de bibliotheek zou willen gaan om te horen wat ze daar allemaal ontdekken. Wij hebben dat boek toch samen gevonden!?” Gabriëlle begon zich op dat moment juist af te vragen of ze nu zomaar in slaap gevallen was, terwijl ze op dat pad tussen de uitgestrekte velden liep. Maar ze voelde direct Lidhia’s emotionele respons op de vraag van het meisje, die ook haar afleidde. Tirashya raakte een tweetal gevoelige snaren: Lidhia had haar, voordat ze met tegenzin naar bed was gegaan, nog toevertrouwd dat ze het besluit van hun vader niet eerlijk vond en dat ze veel liever bij het onderzoek aanwezig zou zijn. Op dat moment had Gabriëlle nog bedacht dat dat waarschijnlijk heel lastig zou worden met haar schooltijden, maar tja, dat maakte op dit moment tòch al niet meer uit… „Ik moet ècht zo snel mogelijk weer in slaap zien te komen, Tirashya!” zei Lidhia, waarbij ze lijnrecht tegen haar eigen gevoel voor rechtvaardigheid in ging. Ik màg Gabriëlle niet onnodig in gevaar laten zijn!” Die woorden bereikten Gabriëlle meer dan wat dan ook. Opeens besefte ze dat ze inderdaad, net als Rosa, in de vrieskou bewusteloos in het sneeuwlandschap zou liggen. Ook de woorden van Den Engel kwamen nu bovendrijven, over dat het weinig gescheeld had of Rosa was doodgegaan van de kou… Ze vroeg zich af wat er zou gebeuren als ze daadwerkelijk dood zou gaan. Zou ze ineens uit Lidhia verdwijnen en voor de troon van God komen te staan? Of zou ze alleen maar van haar lichaam afgesneden worden en de rest van haar leven zó met Lidhia méé leven — tot de dag dat ook Lidhia zou sterven…? Ze woog het één tegen het ander af en bedacht dat ze geen directe voorkeur had: alles was in haar ogen beter dan een leven waarin ze een mislukkeling was, waar zij met niemand overweg leek te kunnen, waar de meeste mensen háár op de zelfmoord van haar moeder aankeken en waar een leraar haar dwong vieze dingen met hem te doen. In dat opzicht wilde ze helemaal niet zo graag terug ‘naar boven’, zoals ze de overgang naar haar natuurlijke leefomgeving intussen was gaan beschouwen. Maar ze begreep heel goed dat zij op dit moment geen enkele invloed kon uitoefenen op Lidhia’s keuze. De eerlijkheid gebood haar toe te geven dat Tirashya’s idee háár toch óók wel heel sterk aansprak. Het deed haar aan haar avonturen met Elize denken — en van de week nog met Tim en Amber: ’s avonds door een gat in het hek op het terrein van de school zien te komen zonder gepakt te worden… Spannend toch? En als ze in haar eigen wereld bewusteloos gevonden zou worden, zou dat ook meteen de eenzijdige ‘afspraak’ met Ter Heerdt dwarsbomen — ook dàt idee trok haar wel aan… Eigenlijk vond ze het wel een rustgevende gedachte. Rosa zou hier vast voor bidden, vermoedde ze, waarop ze zich afvroeg waarom ze dat zèlf óók niet zou proberen. Spontaan bad ze, aarzelend in haar stilte: Here God, hier ben ik weer. Ik denk dat U mij ook hier, in Lidhia’s lichaam, wel kunt horen. Of tenminste, dat U weet wat ik denk. U weet óók wat er gaat gebeuren. Wilt U Lidhia helpen te kiezen? Spioneren mag misschien niet, maar ik ben zèlf óók wel heel benieuwd naar de inhoud van dat boek… U ziet mij — mijn lichaam — vàst óók wel, in dat natuurgebied. Wilt U zorgen dat... — even haperden haar gedachten. Wat moest ze vragen? Wat kòn ze vragen? Ze besloot een zegswijze te gebruiken die ze vaak in de kerk gehoord had: Niet mijn wil, maar Uw wil… Nou ja… U weet wel wat ik bedoel, denk ik. Hoop ik. In Jezus’ naam, amen. Lidhia had zich weer op haar bed laten zinken en zwom intussen duidelijk in tweestrijd. Haar zusje wachtte gespannen af. Dolgraag wilde ook Lidhia de lol van het bespioneren van de ouderen meemaken, maar haar besef van verantwoordelijkheid had nog steeds de overhand. Aan de andere kant was daar het duidelijke enthousiasme van Tirashya voor dit betrekkelijk eenvoudige avontuur binnen het paleis. Ze wilde Tirashya’s gestaag terugkerende ondernemingslust vooral niet in de weg staan…! Om de weigering, waarvan ze vond dat ze die aan Gabriëlle verplicht was, nog even uit te stellen, vroeg ze: „Hoe heb je me eigenlijk wàkker gekregen? Dat lukte niemand sinds ik Gabriëlles leven ’s nachts meebeleef!” Tirashya grijnsde eens geheimzinnig en antwoordde met een mysterieuze intonatie in haar fluistering: „Dat is lekker mijn geheim!” „Het lijkt me gewèldig om stiekem samen te gaan ontdekken wat er in dat boek staat, Tirsch,” gaf Lidhia na een moment van stilte toe, haar gezichtje vertrokken van spijt dat ze ‘nee’ moest gaan zeggen. Voordat ze verder kon gaan, haakte Tirashya echter gewiekst op die uitspraak in: „Het spijt me ècht dat ik Gabriëlle in gevaar heb gebracht, maar zullen we de Almachtige vragen of Hij haar wil beschermen? Ik beloof je dat ik je nóóit meer wakker zal maken. Maar ga dan wèl deze éne keer met mij mee, goed? Je bent nu tòch al wakker, of niet dan? Kun je net zo goed meegaan.” Gabriëlle voelde dat Tirashya deze discussie aan het winnen was. Ze merkte het aan de manier waarop Lidhia haar spieren ontspande. Zelf was ze verrast door Tirashya’s voorstel om óók te bidden. Ze vond dat wel heel bijzonder. Eén tel later gaf Lidhia haar beslissing te kennen: „Goed dan. Ik ben nu al zó ver wakker dat ik tòch niet snel weer in slaap zal komen. En ik heb al vaak genoeg gemerkt dat ‘probéren te slapen’ juist averechts werkt. Ik doe mee, als jij belooft me nóóit meer wakker te zullen maken.” Yes! dacht Gabriëlle. Tirashya’s gezichtje fleurde helemaal op. „Vraag jij het de Almachtige?” probeerde ze liefjes, maar dáár zwom Lidhia niet in. „Nee, dàt doe jij,” beval haar grotere zus beslist. „Jij hebt tenslotte nog wat goed te maken met Gabriëlle.” Ze waren allebei verbaasd dat Tirashya daar niet tegenin ging, maar direct gehoorzaam die opdracht in praktijk bracht. Met een voor de waterlingen traditiegetrouw „Dank U wel!” sloot Tirashya even later haar gebed af. Het gaf Gabriëlle een vreemd gevoel om Tirashya voor háár te horen bidden. De duidelijke bezorgdheid voor haar, die uit haar woorden sprak, versterkte haar sympathie voor het ondeugende, maar lieve prinsesje. Ze vroeg zich alleen wèl af of haar verzoek om op háár te passen wel op zijn plaats was, aangezien ze direct daarna met voorbedachten rade ongehoorzaam zouden gaan zijn aan hun ouders… Lidhia zwom op om Tirashya te volgen. Maar ze waren de ruime slaapkamer nog niet uit, of Tirashya hield haar slag in bij de plotselinge klank van een bekende stem, die ijskoud vroeg: „Wat zijn jullie van plan!?” |
|||||
|