248818
 
 
 
 
 

     Menu:

> Startscherm
> Schrijvers
> Verhalen
> Open verhalen
> FAQ
> Vintage

Bruidsvlucht
Hoofdstuk 4
Door: aritha
Commentaar van de schrijver:
Categorie: Drama / Roman
Geschatte leestijd: ca. 4 minuten


‘Hij is dood', fluistert Senta. Ze schudt niet begrijpend haar hoofd en kijkt neer op het stille, afgewende gezicht. Voordat hij op jacht ging lachte hij nog naar haar, trots en sterk. Hij trok haar aan het dikke, blonde haar en zat haar achteraan op het erf. ‘Je bent mijn bruid!’ riep hij uit.
Er komt een verdrietige trek om haar mond. Ze streelt zijn bleke gezicht. Hoe kan hij haar zo achterlaten? Het lot heeft beslist, daar valt niet tegen te vechten. Je wil is geschied, Wodan, maar hij blijft lid van de sibbe. Wanneer er een jongetje geboren wordt in één van de langhuizen zal hij Bernlefs naam dragen, zijn eigenschappen komen opnieuw tot leven, dat neem je niet van me af!
Met kracht probeert Senta haar verdriet te beteugelend. Toch ontsnapt er een dunne klacht aan haar lippen.
‘Sjuut,’ sist Linde-moei, ‘jammer niet teveel nicht, je ontneemt hem op deze manier zijn rust. Wil je dat zijn ziel gaat dolen?’
Senta sluipt weg. Nee, ze wil niet dat zijn ziel eindeloos rond blijft zwerven. Om dat te voorkomen wordt er bij het aanbreken van de morgen feest gevierd. Er zal bier zijn. Maar zij zal weigeren. ‘O Bernlef,’ kreunt ze, ‘kon ik maar met je meereizen. Helaas ben ik geen krijger; ik zal het Walhal nooit bereiken.’
Zacht sluipt ze het huis binnen.De geiten beginnen al te rommelen en op het rieten dak ritselen wat vogels. Dan ziet ze haar far.Hij zit op het oude weefkrukje van moer, met zijn hoofd in zijn handen. Zo’n verlatenheid straalt hij uit, dat Senta eerst niet dichterbij durft te komen. Ze tuurt naar omma, die nog steeds slaapt. Duuveke en Goudje liggen ineengekruld onder een wollen deken.
‘Far!’, fluistert ze en bijna onhoorbaar loopt ze naar hem toe. ‘Hier ben ik.’
‘Ik hoorde je aankomen’, zegt hij even zacht terug. Hij draait zich naar haar toe. Over zijn wang loopt een bloederige schram.
Zwijgend legt ze haar hand op zijn borst. ‘Hoe kon het gebeuren?’
Diep medelijden blinkt in zijn ogen. ‘Hij…was niet tegen de zwijnen opgewassen.’
Senta slaat haar armen over elkaar heen en kijkt hem recht in de ogen. ‘Ik heb het recht om de waarheid te weten. Ze zeiden dat jullie aangevallen werden door een grote roedel, maar dat geloof ik niet far. Het waren inderdaad zwijnen maar dan op twee benen.’
‘Zwijg!’ gromt hij.
Ze schudt haar hoofd. ‘Ik ben geen kind meer.’zegt ze boos.
‘Wat mankeert jou?’ zegt far. Hij stampt op de grond.‘Bernlef heeft zich moedig verweerd. Als je de waarheid wil weten: we ontmoetten een groep mannen, zij versperden ons de weg. Bij Wodan, ik zweer je dat het mensen van een vijandige stam waren.’
Senta springt overeind. Ze grijpt een stuk hout uit het vuur en zwaait er mee rond. ‘Niks van waar!’schreeuwt ze.‘Wij hebben geen bloedvete. Jullie hebben onschuldige mensen gedood.’ Vurige vonken schieten alle kanten op. ‘Denk maar niet dat ik trots op jullie ben.Wie heeft die arme man opgehangen aan de oude noordereik? Wie, wie?’ Ze dwingt hem haar aan te kijken.
Fars schouders zakken omlaag.
‘Het was Bernlef’, geeft hij somber toe.'Bernlef wilden hen allemaal maar één ontkwam er. Totaal onverwachts stak één van hen Bernlef in zijn buik; hij was erg jong en we hadden zijn zwaard over het hoofd gezien.’
Heel lang blijft het stil tussen hen.
‘Hebben de goden jullie uitgenodigd om de heilige plaats te bezoeken?’
Far zucht diep. ‘Bernlef zei dat dit een rituele moord was. De goden stonden het toe, daarom hebben wij deze mannen het woud in gedrongen. Het lot wees hun offer aan maar één van hen weigerde zijn bestemming. Hij was het die jouw Bernlef met zijn zwaard doodstak.'
Vol afschuw kijkt Senta hem aan. Haar ogen schitteren fel en met geweld onderdruk ze haar kwaadheid. Ze voelt hoe haar hart uit elkaar getrokken wordt om te kiezen tussen Bernlef en zijn aanvaller. Wie heeft het goede gedaan; wie het slechte gekozen?
‘Spraken de goden tot Bernlef?’
Far staat op en begint heen en weer te lopen. Hij schudt zijn blonde haren naar achteren. ‘De mede had hem beïnvloed, hij was de enige die de cultusdrank dronk en niet zo’n klein beetje ook. Hij dreigde ons te doden met zijn knots als wij hem niet gehoorzaamden. Hij handelde in trance, Senta.’
Wanhopig zakt ze op één van de haardbankjes neer. ‘Waarom zagen jullie die mannen als vijanden?’
Far kijkt omhoog naar de dakspinten.‘Het waren mannen van het kruis’,zegt hij.‘Zij vormen een gevaar voor het voortbestaan van onze Saksische samenleving. Zij brengen een nieuw geloof en vernietigen de oude heiligdommen.’
Ze schrikken allebei van een hoge gil. Snel rennen ze naar omma’s slaapbank. Far legt troostend zijn grote hand op haar witte haar. ‘Ik ben weer thuis moer,’ zegt hij dan teder, ‘slaap gerust verder.’
Omma duwt zijn hand weg. Er is een onbeschrijfelijke afschuw in haar ogen te lezen.
‘Ik droomde,’ zegt ze schor, ‘ik droomde dat ik bovenop de heuvel stond. De maan scheen helder en het was ijzig koud. In de verte hoorden ik wolven janken. Al joelend stopten we het wiel vol stro. Daarna staken we het in de brand. Iemand blies op de hoorn. Op dat moment hadden we gewacht en duwden we het brandende wiel omlaag, om de zon te begroeten. In een wilde vonkenregen vloog het naar beneden, harder, steeds harder, dwars door een bosje heen. Het stuiterde hoog op en kwam weer neer. Ik keek het na en…’ Omma huivert. ‘...ik zag dat het een gloeiend spoor achterliet.’
Teder trekt Senta de wollen doek wat hoger.
‘Opeens stond er iets in de weg van het wiel. Het straalde immense kracht uit. Eerst dacht ik dat er een heilige boom op de aarde neergedaald was, later zag ik dat het een houten paal was met een dwarsbalk eraan, gemaakt van het hout van onze noordereik. Met dolgedraaid geweld dreunde het wiel er tegen aan. Wij schreeuwden luid en zagen hoe ons wiel versplinterde. Er bleef niets van over, helemaal niets! Onze goden hebben ons verlaten. We zullen misoogst op misoogst krijgen, sterven van de kou. Ziekte zal de één na de ander meenemen. Er is geen ontkomen aan…’
Gepost op 01-12-2009 om 23:24 uur
176 keer gelezen
<< Vorige in deze serie

Alle verhalen in deze serie (Bruidsvlucht)
Alle verhalen van deze schrijver (aritha)

Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur) stappen ondernomen worden.