|
|
Keiharde dromen 145 Gesloten
|
Door: EsQuizzy
|
Commentaar van de schrijver:
|
Categorie: Drama / Roman
Geschatte leestijd: ca. 3 minuten
|
|
Tot haar verbazing was de eerste persoon die Gabriëlle zag — nog vóór ze zich achter Den Engel aan de ruime ontvangsthal binnensleepte — niet Elize, maar Ditte Meyer, van de krant. De journaliste kwam met een opgeluchte blik op haar gezicht op Den Engel toegelopen en begroette hem met een stevige handdruk. Tijdens die begroeting ontdekte ze Gabriëlle in zijn kielzog en deed duidelijk haar best om de verbaasde uitdrukking van haar gezicht te verwijderen.
„Gabriëlle en ik zijn hier door haar vader gebracht,” legde Den Engel uit, die de verbazing blijkbaar gezien maar niet begrepen had. „Ze waren bij mijn vrouw en mij op visite maar haar vader werd opgeroepen voor zijn werk.”
„Aha…,” begreep Ditte, met een nadenkende blik op Gabriëlle, al merkte die daar niet veel van omdat ze haar blik op de grond gericht hield na een kort, stilzwijgend handje en een schuchtere blik van onder haar donkere krullen. „Ik ben blij dat u kon komen, u was de enige die ik kon bedenken. Ik moet echt weg, het spijt me, maar ik moest eigenlijk al een half uur geleden bij een vergadering in Amersfoort zijn en… nou ja, deze situatie kwam er tussendoor fietsen, zeg maar…”
Terwijl meneer Den Engel antwoordde, keek Gabriëlle voorzichtig de receptie rond. Al snel vond ze de zwarte spijkerbroek en de sportschoenen die Elize tijdens hun ruzie ook gedragen had. De rest van haar vroegere hartsvriendin ging verscholen achter een enorme plantenbak met inhoud, die middenin de ruim bemeten hal stond temidden van een pentagon van blauwe bankjes. Een versleten, volgepropte sporttas stond op het bankje naast dat waar Elize op neergestreken was. Gabriëlle draaide instinctief haar ogen verder naar links, waar ze een weerspiegeling in de glazen pui van het pand verwachtte, maar een grote pilaar ontnam haar het spiegelbeeld.
Misschien maar beter ook, dacht ze. Kan ze mij óók nog niet zien…
Een nog jonge agent in onberispelijk uniform kwam op Den Engel toegelopen en stelde zich voor, waarop hij een informeel praatje met hem begon dat al snel op het eigenlijke onderwerp van hun gesprek uitdraaide. Ditte liep naar de donker gejeande benen toe en stak haar hand uit naar de plantenbak. Van achter het oerwoud-op-maat kwam een trage arm tevoorschijn, die haar de hand gaf en weer lusteloos terugviel in de verborgen positie. Ditte leek nog wat tegen het artistiek gecultiveerde groen te zeggen. Op dat moment besloten Den Engel en de agent zich bij hen te voegen.
Er kwam, duidelijk vanwege Den Engels aanwezigheid, wat leven in de benen. Ze werden opgevouwen — de schoenen werden met de zolen op de grond geplaatst — en de rest van Elize verscheen. Even stonden ze te praten, toen maakte Ditte zich van hen los om vriendelijk maar bezorgd glimlachend op Gabriëlle toe te lopen. Gabriëlle koos ervoor om Ditte aan te blijven kijken, al zag ze hoe Elize háár ontdekte en een muur van afstand tussen hen oprichtte.
„Gabriëlle, ik snap de situatie niet helemaal, en ik hoef ook niet meer te weten dan ik al weet,” zei Ditte zacht toen ze voor haar stond en haar de hand bood. „Ik heb vanmiddag meegekregen wat er tussen Elize en jou gebeurde, en dat klonk pijnlijk genoeg om je aanwezigheid hier op dit moment heel… verrassend te vinden. Dat meisje heeft hard vriendinnen nodig. En ik vermoed dat dat voor jou ook wel zal gelden, of niet?”
Gabriëlle knikte; tuitte haar lippen enigszins, maar zei niets.
„Ik moet weg,” herinnerde Ditte zichzelf aan haar afspraak. „Hier is mijn kaartje. Bel me als je wilt praten. Ik weet het, ik ben van de krant, dus er is weinig reden om aan mijn zwijgzaamheid te geloven… Maar dit heeft daar niets mee te maken en ik zal er niet over schrijven. Lees de krant maar. Ik zie het misschien verkeerd, maar het lijkt me niet verkeerd voor jou om een praatpaal te hebben als je er één nodig hebt.”
Gabriëlle knikte; Ditte glimlachte even — het leek onzeker — en liep langs haar heen op de deuren af, die zich met een zacht suizend geluid voor de blonde jongedame met de sproeten openden.
Gabriëlle keek op — recht in de ogen van Elize, die langzaam en met een gesloten, harde uitdrukking op haar af kwam lopen, en zwijgend langs haar op liep voor ze achter Ditte aan naar buiten slofte.
Den Engel knikte Gabriëlle bemoedigend toe en zei: „Kom je?”
Ze draaide zich om, waar hij galant de deur voor haar open zou hebben gehouden — als dat bij deze deuren mogelijk was geweest. Ze sloten zich namelijk vrijwel direct weer nadat Elize tussen hen door was gegaan. Gabriëlle schoof haar onderkaak van rechts naar links terwijl ze haar besluit nam, en volgde Elize naar buiten — de winterse kou in.
Den Engel volgde met de sporttas.
|
Gepost op 16-05-2009 om 22:57 uur |
241 keer gelezen |
|
Alle verhalen in deze serie (Keiharde dromen) Alle verhalen van deze schrijver (EsQuizzy)
Door: hope |
Je houdt het wel spannend zeg
|
Gepost op 17-05-2009 Om 23:25 |
=D
|
Gepost op 18-05-2009 Om 09:17 |
Door: kiezel |
Mooi! Die plantenbak heb je ook een leuke bijrol gegeven!
|
Gepost op 18-05-2009 Om 11:36 |
Dank je, kiezel!
=)
|
Gepost op 18-05-2009 Om 12:23 |
Door: Gabriëlle |
Heel herkenbaar de reactie van Elize!
Je voelt de spanning als het ware tussen deze meiden. Erg dat je van hartvriendinnen hartsvijanden schijnt te kunnen worden.
|
Gepost op 18-05-2009 Om 14:57 |
Dank je voor de bevestigende reactie, Gabriëlle!
*bloempje*
|
Gepost op 18-05-2009 Om 15:15 |
Door: Tines |
Heel mooi geschreven! Ik kon lekker twee posts achter elkaar lezen, zodat ik direct doorkon naar de ontmoeting met Elize. Die is nog steeds erg koel! Hoe zou het nu verder gaan tussen ze?
Het stukje met de plantenbak is echt briljant! Grappig hoe Elize gepersonificeerd wordt door de plant...
|
Gepost op 18-05-2009 Om 22:57 |
Volgens mij wordt de plant gepersonificeerd door Gabriëlle... ;D
Maar bedankt voor de complimenten! =)
|
Gepost op 19-05-2009 Om 08:06 |
Door: Tines |
Hoe zit dat dan met het werkwoord personificeren? Want de plant = Elize. Dat is een personificatie. Maar Gabriëlle doet het inderdaad, dus hoe zou die zin dan moeten gaan? Ik kwam er niet helemaal uit, dus dit heb ik ervan gebrouwen...
Graag gedaan.
|
Gepost op 19-05-2009 Om 09:22 |
Je spreekt van een personificatie wanneer over een ding wordt geschreven alsof het een persoon is. Dat is de eigenlijke personificatie. Die is niet afhankelijk van het feit of er echt iemand achter verscholen gaat of niet.
Eigenlijk is het in deze post niet echt een personificatie, maar een perspectiefgrapje (eigen term). Vanuit Gabriëlles perspectief lijkt het alsof de plant armen en benen heeft, en alsof Ditte ertegen praat.
Echte personificaties gebruik ik heel vaak (en graag, omdat je er zulke leuke grapjes mee kunt creëren), bijvoorbeeld in Kd·132 Windstilte (de vingerplant (ongetrainde handen), de trap (belangeloos beschikbaar...), de schoenen (verkoeling zoeken, teleurstelling), de sleutelbos (stil liggende spin)). Maar ook in Kd·34 Toehoorder (de slaapkamer die luistert). Die wéét ik zo even. Er zijn er vast meer!
=)
|
Gepost op 19-05-2009 Om 10:10 |
Door: inem |
Ohhh, nounou, hoe gaat t nu verder met Elize en Gabriëlle?
Het is super geschreven, vooral met die plantenbak!
Verder EsQ!
|
Gepost op 19-05-2009 Om 11:47 |
=D
|
Gepost op 19-05-2009 Om 11:56 |
Door: |
Ik durf al bijna niet meer te vragen wat Ditte bij Elize op het politiebureau doet. Of ik heb iets gemist, of het gaat me later duidlijk worden. Maar jij houdt wel van vaag doen hoor.
|
Gepost op 13-08-2010 Om 12:13 |
Oké dan, inderdaad houd ik van niet meteen duidelijk maken wat ook met een beetje ‘zelf nadenken’ kan worden beredeneerd. Maar ik geef toe dat ik daar soms misschien iets te ver in ga en dan komt de term ‘cryptisch’ al gauw in zicht. *bloempje met knipoog*
Maar ik kan en wil je graag uitleggen wat je wilde vragen: Ditte kwam het politiebureau binnen om te vragen of er nog algemene vorderingen waren m.b.t. het onderzoek naar de situatie rond Rosa.
In de hal zat inmiddels Elize, die ze herkende van de vreemde confrontatie waar ze eerder die dag getuige van was geweest (Kd·Instabiel en Kd·Respons).
Vanzelfsprekend wekte dit haar nieuwsgierigheid, en al snel was ze achter de reden waarom Elize daar op het bureau aanwezig was. De politie zou Elize waarschijnlijk naar een crisisopvang gaan sturen, waarvan Ditte waarschijnlijk wel wist dat dat geen ideale situaties zijn. Aangezien zij die dag nog goed contact met Den Engel had gehad — en…
»
|
Gepost op 13-08-2010 Om 12:28 |
Door: EsQuizzy |
«
…zij uiteraard nog over zijn telefoonnummer beschikte (Kd·Stoďcijns) besloot ze dat het waarschijnlijk meer en betere opties zou openen voor Elize, als zij de rector van Elize’s school zou bellen.
Dat was althans mijn gedachtengang hierin.
|
Gepost op 13-08-2010 Om 12:32 |
Door: |
Okeeee, nu snap ik het. Ja dat kan natuurlijk. Dit had ik echt niet zelf bedacht. Bedankt voor de hint.
|
Gepost op 13-08-2010 Om 12:39 |
Zou je het een verbetering vinden als ik dit in het verhaal zou verwerken?
|
Gepost op 13-08-2010 Om 15:15 |
Door: |
Misschien. Ik heb nog niet het hele verhaal gelezen en weet miet in hoeverre zij nog een rol gaat spelen. Haar telefoongesprek in de auto was al dubieus. Kan ergens naar toe werken, hoeft niet. Het is in ieder geval vreemd dat zij bij Elize op het politiebureau zit. Je zou kunnen vermoeden dat er een band tussen die twee is. Als die er niet is en het is louter toeval, ja dan zou het een verbetering zijn. Ik ben benieuwd of je dat gaat lukken.
|
Gepost op 13-08-2010 Om 16:27 |
Dank je voor je reactie.
=)
|
Gepost op 13-08-2010 Om 16:48 |
Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van
de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden
teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt
worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de
auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van
het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur)
stappen ondernomen worden.
|
|
|