|
|
Keiharde dromen 81. Openingszin
|
Door: EsQuizzy
|
Commentaar van de schrijver:
|
Categorie: Drama / Roman
Geschatte leestijd: ca. 4 minuten
|
|
Den Engel ruimde met de vloermop en de emmers de plas water op, die door een paar honderd tienervoeten in een langgerekte vlek door de hal was veranderd. Hij had weinig geduld voor de onbekende die niet even de moeite had genomen zijn eigen troep op te ruimen, maar het feit dat hij zijn ongeduld niet op een bepaald persoon kon richten, bracht zijn emoties al gauw in rustiger vaarwater.
„Daar sta je dan, als rector,” mopperde hij om zichzelf moed in te spreken. „Terug bij waar je ooit begonnen bent.”
De mop hield stil; de rector rechtte zijn rug.
Wat lijkt dat nog maar kort geleden…
Een zweem van een glimlach volgde zijn dagdroom. Die lach bleef op zijn plek, ook terwijl hij het gereedschap opruimde en zijn kantoor binnenging.
Even zitten, hoor.
Hij draaide zijn bureaustoel naar het raam en liet zijn bezoek aan de bibliotheek nog eens aan zich voorbij trekken.
Hij had het getroffen en voegde meteen een bedankje aan zijn gebed toe: direct bij binnenkomst zag hij het persoontje dat hij zocht.
Amber Konings.
Het was háár gezicht dat hij voor zich had gezien tijdens zijn gesprek met Peter LaCroix.
Hij vroeg zich af hoe hij dit het beste kon aanpakken, maar vertrouwde erop dat de Heer hem wel een opening zou geven. Eerst maar eens de prachtige boekenserie over de koninklijke families van de wereld bekijken? Die wist hij te staan, want ze waren bij hem en zijn vrouw vandaan naar de schoolbibliotheek verhuisd. Maar ook al zou hij daar vast wel iets in vinden, het antwoord op zijn vraag zou het niet zijn. Vooralsnog zou hij maar even in de niet erg lange rij gaan staan. Hij kwam vanzelf aan de beurt.
Verbaasde blikken van leerlingen was hij wel gewend. Vóór hem in de rij werd zenuwachtig gegiecheld, en achter de balie zag hij Amber even verkleuren toen ze hem opmerkte. Zeker bij de herinneringen aan vorige week. Maar haar blos, die snel wegtrok, gaf hem wèl de bevestiging die hij zocht.
Het was maar de vraag of hij door Amber te woord zou worden gestaan, of door Flora van den Heuvel, de bibliothecaresse. Sommige leerlingen hadden langer de tijd nodig dan anderen, dus inschatten was moeilijk — alsof hij op zijn nummertje stond te wachten op het postkantoor. Je wist nooit bij wie je aan de balie zou komen.
„Meneer Den Engel, wat mag het zijn?” vroeg de grijzende dame.
„Flora, ik zoek een verhaal dat ik niet ken,” begon hij. „Ik weet ook niet of jullie het hier hebben.” Hij merkte voldaan op dat ook Amber, die eigenlijk een leerling aan het helpen was, opkeek bij die uitdaging. Toen zei hij met een glimlach: „Ik weet alleen dat het over een zekere ‘prinses Lydia’ gaat.”
Hij zag Flora fronsen en Amber naar haar opkijken — en hij wist genoeg.
Mevrouw Van den Heuvel vroeg: „Hebt u die mooie boekenserie over de koninklijke families van de wereld al eens geprobeerd?”
„Nee, het gaat om een ècht fictief verhaal.”
„Een sprookje?”
„Zou kunnen, maar dan ken ik het nog niet.”
Van den Heuvel keek Amber aan, die haar schouders vragend ophaalde.
„Het spijt me, Gabriël, maar het zegt ons helemaal niets. Amber, kun jij het hier even alleen aan?”
Het meisje knikte en de bibliothecaresse maakte aanstalten om achter de balie vandaan te komen.
„Nee, laat maar, Flora. Zo belangrijk is het niet. Ik kijk zelf nog wel even.”
Even later stond hij tussen de rijen boeken en bekeek half geïnteresseerd een aantal titels.
„Euhm… meneer? U kunt het beste in die kast zoeken.”
Hij draaide zich om. Daar stond Amber, licht blozend en met een zachte glimlach om haar strak gespannen lippen — natuurlijk om de rector die tussen de aardrijkskundige boeken naar een boekje over een verzonnen prinses zocht. Ambers smalle hand wees hem in de richting van de juiste categorie.
„Daar had ik al gezocht, Amber. Dank je wel. Ik kon het niet vinden.” Hij voegde eraan toe: „Aardig van je dat je even kwam helpen,” en vroeg spontaan: „Hoe gaat het verder met jou?”
Amber keek hem even stil aan met haar zachte, grijsachtige ogen — blijkbaar verbaasd over de vraag. Op zijn beurt verbaasde hij zich weer eens over het beeld dat leerlingen vaak van hem schenen te hebben. En het ongemak dat hij bij hen scheen op te roepen. ‘Als rector hoor je streng te zijn’ — dat beeld klopte ook wel wanneer de leerlingen hem daartoe dwongen. Maar dat een rector altijd streng zou zijn… hij kende er wel een paar zo, maar dat waren niet de mensen met wie hij graag te maken had.
Amber vond haar stem terug en zei zachtjes, als het verlegen meisje dat hij eerder in haar gezien had: „Goed, meneer.”
„Mooi zo,” antwoordde hij, en samen keken ze op bij het geluid van de bel. „Prettige dag, verder,” wenste hij haar toe.
Zij knikte.
Terwijl hij Flora groette, pakte Amber haar schoudertas achter de balie vandaan.
„Dag, mevrouw Van den Heuvel!” groette ze met haar zachte stem. Hij hield de deur zwijgend voor het tweedeklassertje open en liet haar voorgaan.
Weer die onderzoekende blik van haar.
Onder de leerlingen zullen er slechts weinigen zijn, die de mens achter de rector zien, mijmerde hij.
Eenmaal terug achter zijn bureau, genietend van het uitzicht, verviel hij opnieuw in die gedachte. En zelfs collegae hebben daar nog wel eens moeite mee…, voegde hij er ditmaal aan toe. Op weg van de bibliotheek naar zijn kantoor, wat relatief gezien een lange afstand was omdat er altijd mensen waren die hem staande hielden, was hem dat ook weer een paar maal opgevallen. Hoe dan ook, hij zou gewoon blijven wie hij was, ondanks wat men daarvan zou vinden.
Maar hij wist wat hij gezien had. Zijn uitstapje naar de bieb was geslaagd.
Er werd op de deur van zijn kantoor geklopt. Met een zucht draaide hij zich om achter zijn bureau en riep: „Ja?”
Tot zijn verbazing stapte Peter LaCroix met Gabriëlle binnen.
„Storen we?” vroeg zijn goede vriend.
„Nee, nee, niet in ’t minst,” antwoordde Den Engel, die zijn bezoek met een wijds armgebaar in de luxe stoelen dirigeerde en zelf in de derde fauteuil plaatsnam. Intussen zochten Peter en Gabriëlle beiden naar een geschikte openingszin.
„Zo, Peter, Gabriëlle…,” begon de vriend en rector met zijn gebruikelijke opening en zijn fijne glimlachje. „Wat verschaft mij dit ongebruikelijke genoegen?”
|
Gepost op 09-10-2008 om 12:33 uur |
391 keer gelezen |
|
Alle verhalen in deze serie (Keiharde dromen) Alle verhalen van deze schrijver (EsQuizzy)
Door: Auke-Willem (AW) |
Zo, weer helemaal bij! Voel je vrij om verder te schrijven... nee, echt... schrijf maar door... zo snel mogelijk! ;)
|
Gepost op 09-10-2008 Om 14:16 |
Lief…
|
Gepost op 09-10-2008 Om 14:57 |
Door: Tines |
Woehoe!!! En tegelijk ook: grmbl Moet ik weer terugbladeren naar dat telefoontje om te weten wat Amber daarmee te maken had... Kan het me niet meer bedenken! Ik vermoed eigenlijk dat Amber prinses Lidhia óók kent en dat dat het verband is tussen haar en Gabriëlle. Maar wat ik ook heb gedacht: misschien kent Amber wel het meisje dat prinses Lidhia's dagboek heeft gestolen! (Naam van dat meisje ook nog kwijt, slecht! Sorry, EsQ)
Wat ik me trouwens wel even afvraag: is het bewust dat je Lidhia nu opeens als Lydia schrijft?
Voor de rest sluit ik me helemaal bij AW aan: schrijven!!! Leuk! Spannend!
|
Gepost op 09-10-2008 Om 16:58 |
Ik blijf het herhalen: „Goed lezen.”
Op al je vragen hier geef ik al antwoord in het verhaal.
Ja, waarom zou ik op sommige plaatsen de naam van prinses Lidhia verkeerd schrijven? Ik doe het inderdaad bewust.
Kijk nog even goed naar de plaatsen waar ik het doe.
;)
|
Gepost op 09-10-2008 Om 22:22 |
Door: Tines |
Hebbes! Wat zou die frons betekenen? Vertrouwt hij Amber niet? Ik kan het me niet bedenken...
|
Gepost op 09-10-2008 Om 17:02 |
Nu ben ik dus benieuwd nar de inhoud van je 'Hebbes!'.
En als je Kd·77 nog eens goed doorleest en de woorden van Den Engel goed bekijkt, wordt die frons (want die frons bedoel je toch?) misschien een stukje duidelijker...
Misschien.
;)
|
Gepost op 09-10-2008 Om 22:26 |
Door: Gabriëlle |
Hahahah, ik zie dat iedereen best wel de kluts kwijtraakt bij Kd. Zijn het misschien 'kwaadaardige dromen' aan het worden. Elk stuk roept weer nieuwe vragen op en elk stuk gaat ook niet in op de vragen die daarvoor opkomen. In één woord, gewoon erg
Erg goed, eigenlijk
Je weet ons allemaal vreselijk bezig te houden. Gewoon ontspannen lezen is er nooit bij.
|
Gepost op 09-10-2008 Om 17:30 |
Dank je voor die lovende woorden, Gabriëlle! *bloempje*
Sommige stukken gaan wel degelijk in op eerder opgeroepen vragen. Maar de antwoorden zijn verdekt opgesteld...
;)
|
Gepost op 09-10-2008 Om 22:28 |
Door: EsQuizzy |
@ Tines: of bedoelde je de frons van Flora van den Heuvel in deze post?
|
Gepost op 09-10-2008 Om 22:40 |
Door: Tines |
Nope, die frons van Den Engel bedoelde ik hoor... Maar die zal ik nog eens teruglezen dan. Oh en ik hebbeste Amber in verband met het telefoontje... Ik had al even teruggebladerd daarvoor, maar wil je zeggen dat ik ook in Kd kan vinden wat Amber met Gabriëlle verbindt?
Hmm, ik zoek de naam van dat meisje ook op, het frustreert me dat ik het even niet weet.
Die vraag over de naam 'Lidhia' was eigenlijk ook retorisch bedoeld. Natuurlijk doe je dat bewust, maar waarom? Alleen Den Engel doet het hier, maar misschien deed Peter LaCroix het ook Even zoeken dus, als ik toch bezig ben... Dat is waarschijnlijk dan omdat zij die 'persoon' niet kennen; dan spreek je iets wel eens verkeerd uit... Zit ik in de buurt?
Nou, morgen maar weer eens in Kd kijken, oant moarn!
|
Gepost op 09-10-2008 Om 23:20 |
Ze spreken het goed uit. Dat is juist het punt: de aparte spellingswijze kun je niet aan de uitspraak horen. Het zou heel vreemd zijn als zij 'Lidhia' zouden spellen vanuit hun POV.
Dus: goed zo!
;)
|
Gepost op 10-10-2008 Om 10:15 |
Door: Gabriëlle |
Verdekt opgesteld , zo kun je het ook noemen.
|
Gepost op 10-10-2008 Om 08:40 |
Door: Linda |
EsQuirrel je houdt ons zeker bezig zo, maar dat kan ik zeker waarderen!
|
Gepost op 12-10-2008 Om 12:13 |
Mooi. Zet je maar schrap. De roller coaster gaat een duik nemen.
|
Gepost op 12-10-2008 Om 13:42 |
Door: Tines |
Dankje!
Hmm, rollercoasters zijn leuk toch? Bring it on!
|
Gepost op 12-10-2008 Om 15:11 |
Pas op met wat je zegt, Tines.
;)
|
Gepost op 12-10-2008 Om 18:46 |
Door: Gabriëlle |
Ik word misselijk,
|
Gepost op 13-10-2008 Om 09:07 |
Door: kiezel |
fau·teuil (footui) de; m -s luie stoel
Dus je moet het derde fauteuil, hoewel dat extra luxe klinkt , nog even mannelijk maken...
|
Gepost op 14-10-2008 Om 16:53 |
Jôh... ;) Echt waar? Dank je wel!
|
Gepost op 14-10-2008 Om 18:51 |
Door: Levanda |
Soms Latijn gehad? Collegae: nominativus (eerste naamval) meervoud, eerste groep oftewel vrouwlijk.
Ik vind het alleen wel raar klinken.
Wel vreemd: ik krijg het gevoel alsof het verhaal nu bijna afgelopen is... O, wacht, ik ben al bij hoofdstuk 80... Ik heb dus vandaag ruim 30 hoofdstukken gelezen... Ga zo door!
|
Gepost op 20-01-2009 Om 19:53 |
Nee, geen Latijn gehad, en als ik zo jouw omschrijving lees, vermoed ik dat ik het zelfs verkeerd gebruik. Is het alleen een vrouwelijke vorm meervoud?
=)
|
Gepost op 20-01-2009 Om 22:02 |
Door: Levanda |
Nee, het woord is dan gewoon vrouwelijk. Maar ik denk dan eerder dat het uit groep drie komt, en mannelijk is, (hoewel het dan ook onzijdig kan zijn en volgens nomina kan gaan hmm...) maar dan is het inderdaad verkeerd gebruikt... Denk ik...
|
Gepost op 21-01-2009 Om 20:54 |
Ik ben er even wat ingedoken. =)
Van één van onze geliefde vraagbaak-sites taaladvies.net kopieer ik het volgende:
Vraag
Is het meervoud van collega collegae of collega’s?
Antwoord
Gangbaar is het meervoud collega’s. De vorm collegae is tamelijk ‘geleerd’.
Toelichting
Leenwoorden uit het Latijn die uitgaan op een -a hebben in het Latijn een meervoud op -ae (in het Nederlands uitgesproken als [ee]). Bij deze woorden is het Latijnse meervoud goeddeels verdrongen door het Nederlandse meervoud op -s.
(einde citaat)
Dat houdt in dat wanneer Den Engel het gebruikt, het een correcte maar ‘geleerde’ vorm is.
Past wel een beetje bij hem als rector, vind ik. =)
|
Gepost op 21-01-2009 Om 21:39 |
Door: Levanda |
Je spreekt het uit als ai, niet ee. Het is ook Kaaisar, en niet Zeesar (Caesar) Maar leuk! Moet ik door sturen naar mijn Latijn leraar, die vindt dat geweldig.
|
Gepost op 22-01-2009 Om 17:09 |
Ja, dat van die ‘ai’ wist ik, daar verbaasde ik me ook over toen ik dat bovenstaande stukje las. =)
Maar ja, het zijn ook taalkundigen op Nederlands taalgebied, Latijn is niet de expertise van de meeste Nederlanders, dus tjah... Dat kun je ze niet kwalijk nemen! Je kunt ze er wel een mailtje over schrijven! LOL
|
Gepost op 22-01-2009 Om 17:35 |
Door: |
leuk stukje maarnik heb ff de reactie gelezen en ik kijk nooit naar spelling maar je zei ik heb dat expres (lidhia) verkeerd geschreven leg me dat eens even uit ?
ik weet dat je het nie wil maar doe het alsjeblieft wel haha please weet ik het ook waarom anddres kom ik er nooit achter
|
Gepost op 10-07-2011 Om 17:07 |
Als ik jou niet ken, en jij zegt tegen mij dat je Janine heet, weet ik dan meteen hoe je jouw naam moet schrijven? Nee.
Niemand in deze wereld weet dat je Lidhia schrijft, daarom denken zij aan de versie van de naam die we hier wèl kennen: Lydia.
=)
|
Gepost op 10-07-2011 Om 22:56 |
Door: |
ooke thanx op alle kleine dingetjes iets bedacht hhaha
|
Gepost op 11-07-2011 Om 18:26 |
Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van
de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden
teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt
worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de
auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van
het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur)
stappen ondernomen worden.
|
|
|