|
|
Keiharde dromen 67. Pijlstaartrog
|
Door: EsQuizzy
|
Commentaar van de schrijver:
|
Categorie: Drama / Roman
Geschatte leestijd: ca. 4 minuten
|
|
Vanuit zijn onbeweeglijke positie kijkt magister Toenak verontwaardigd toe, hoe Lidhia geblinddoekt wordt met de doek die hij eerder om zijn hoofd heeft gehad. Hij opent zijn mond om te protesteren — maar de bewaker is hem voor.
„Zóóó, prinsesje,” klinkt de vreemd weke stem in de schemerduistere ruimte. „Nu heb ik even tijd voor je. Vrije tijd.”
Lidhia, haar handen en voeten gespreid gebonden op de bodem, slikt eens moeilijk terwijl de man — nu ongezien door de prinses — een eindje boven haar blijft zwemmen en zijn toespraakje vervolgt met: „Je ligt in een niet erg comfortabele positie. Maar ik ben een meelevend persoon. Laat me je helpen te ontspannen.”
Zacht laat hij zijn handen op haar buik terechtkomen. Lidhia’s spieren trekken samen onder de onverwachte aanraking. De man laat zijn handen aan beide zijden naar haar taille afglijden en houdt haar daar vast terwijl hij zich langzaam met gestrekte armen naar de bodem laat zinken — tussen haar benen in.
De pijlstaartrog!
De pijlstaartrog is terug — en ditmaal buiten de grenzen van Toenaks verzwegen angsten…
Uitroepen van de meest heftige protesten stapelen zich in zijn gedachten op en verdringen zich om luidkeels geuit te worden — maar hoewel Lidhia angstig piept en ontwijkend kronkelt onder de steeds intensievere, steeds intiemere aanrakingen van de vreemdeling, kan de magister geen woord uitbrengen, zo volledig is zijn afschuw. Hij worstelt tevergeefs met zijn boeien en het blok om zijn enkels…
De man trekt zich langzaam aan haar lichaam omhoog, en Toenak kan wel raden in welke verschrikking voor Lidhia dit zal gaan eindigen…
Wat is er met hem aan de hand? Waarom kan hij geen woord uiten? Hij probeert al zijn aandacht te richten op zijn spraakvermogen, dat verlamd lijkt te zijn door Lidhia’s huilende geluiden terwijl haar onvolgroeide glooiingen onbeheerst worden betast.
Eindelijk: het lukt hem een luide kreet te slaken, bijna gelijktijdig met een gil van Lidhia…
Met wijdopen ogen staarde Toenak in het bekende gezicht dat vlak voor hem in de ruimte zweefde.
„Magister!” piepte Lidhia, een bezorgde uitdrukking in haar ogen.
„Prinses Lidhia!” fluisterde Toenak schor. Heel bewust poogde hij zijn waterhaling te kalmeren. In een gewoontegebaar wilde hij zijn hand naar zijn voorhoofd brengen om te wrijven, maar de beweging stokte op twintig centimeter van zijn gezicht.
O ja. Kettingen.
Ineens herinnerde hij het zich: met een felle blik in zijn ogen keek hij langs Lidhia op om te zien of ze alleen waren. De Almachtige zij dank: afgezien van hun tweeën was de ruimte, die hij nu voor het eerst zag, leeg. Ook waren er tot zijn grote opluchting geen kettingen en boeien op de bodem, waar hij ze verwachtte.
„Wat ben ik blij dat ik u gevonden heb!” ratelde Lidhia in haar emoties. „Hoe gaat het met u? Ik heb geprobeerd het blok en uw boeien los te krijgen, maar het lukt niet…”
Hij ontspande zich — een weinig. Pas nu drong het tot hem door dat de prinses ècht bij hem in zijn kerker aanwezig was, en dat ze zijn blinddoek in haar hand hield.
Is dit een bevrijdingspoging met een open deur, of…
Hij fronste bij een vage herinnering aan een voorwerp dat naar binnen werd gebracht. Was dat ook een droom geweest…?
„Is het mij toegestaan enige hoop te koesteren dat uw onverwachte aanwezigheid in dit onaangenaam verblijf, hoewel uw onontkenbare toewijding ontegenzeggelijk wordt gewaardeerd, een met een enkel vrijelijk wilsbesluit uwerzijds omkeerbare toestand van beperkte tijdsduur is?” vroeg hij karakteristiek. Lidhia trok een gezicht en antwoordde bedremmeld: „Ik weet niet hoe ik hier terechtgekomen ben, magister. Ik was naar u op zoek en werd plotseling aangevallen. Het laatste wat ik mij herinner, is dat iemand mijn schelp optilde.” Ze keek om zich heen naar de muren en haalde haar schouders op. „Dat was dus niet Tirashya.”
De magister keek haar aan, blij dat ze zijn blinddoek had verwijderd maar ongelukkig met Lidhia’s antwoord en in het bijzonder haar laatste opmerking, die hem snel tot enkele onaangename conclusies leidden. De minste daarvan betrof de status van de grendel op de deur. De meest onplezierige bracht hij tot uiting.
„Prinses Lidhia, u wilt mij toch niet pijnigen met de wetenschap dat u uw jongere zusje hebt toegestaan u bij zulk een gevaarvolle afdaling, een roekeloze onderneming als een bevrijdingspoging, te vergezellen?”
Lidhia ging in de verdediging. Ze had niet verwacht dat de eerste confrontatie met haar leermeester eenvoudig zou zijn na hun laatste, pijnlijke gesprek. Maar dit was een verwijt waarop ze niet had gerekend.
„Ze… ze was me stiekem gevolgd! Pas toen ik beneden was in de kerkers, merkte ik dat ik niet alleen was. Ik heb geprobeerd haar terug te sturen, maar…” Lidhia stopte en sloeg haar ogen neer. Toenak sloot de zijne en zuchtte. Hij kon zich wel voorstellen hoe de gewiekste Tirashya haar rol als escorte gewaarborgd zou hebben; daar hoefde hij de minder bijdehante Lidhia niet verder op aan te spreken.
„Welk verslag kunt u mij geven inzake haar laatst bekende situatie?” vroeg hij met een vriendelijkere ondertoon.
„Ik heb haar niet meer gezien of gehoord vanaf het moment dat ik tegen die man opbotste, die mij daarop direct aanviel,” gaf de prinses toe. „Ik sloot mijn schelp vrijwel meteen. Ik hoop dat Tirashya hulp is gaan halen.”
Haar blik verried haar radeloosheid — en meer.
„Magister?”
„Wat hebt u op uw hart, prinses?”
Lidhia slikte. Het was nooit makkelijk om je verontschuldigingen aan te bieden.
Toenak slikte ook. Hij vermoedde wel zo ongeveer wat er komen ging. En dat betrof hun eerdere gesprek — een gesprek dat geleid had tot de nachtmerrie waaruit hij zojuist ontwaakt was. Een nachtmerrie, die bij dit ontwaken echter niets van haar sinistere dreiging bleek te hebben verloren…
|
Gepost op 09-08-2008 om 21:54 uur |
431 keer gelezen |
|
Alle verhalen in deze serie (Keiharde dromen) Alle verhalen van deze schrijver (EsQuizzy)
Door: Tines |
Had de magister een nachtmerrie? Wel een vervelende zeg!
Hij praat wel heel ingewikkeld, die magister... Wat betekent zijn eerste zin tegen Lidhia?
'k Ben benieuwd wat Tirashya ondertussen doet!
|
Gepost op 10-08-2008 Om 19:40 |
„Is het mij toegestaan enige hoop te koesteren dat uw onverwachte aanwezigheid in dit onaangenaam verblijf, hoewel uw onontkenbare toewijding ontegenzeggelijk wordt gewaardeerd, een met een enkel vrijelijk wilsbesluit uwerzijds omkeerbare toestand van beperkte tijdsduur is?"
Met andere woorden?
„Lidhia, wat doe jij hier!? Fijn je even te zien, ik waardeer het dat je me op komt zoeken! Maar mag ik hopen dat je hier niet opgesloten bent en dat je weer kunt gaan wanneer je dat wilt?”
*grinnik*
|
Gepost op 10-08-2008 Om 22:49 |
Door: huizena |
Ik ben niet zo'n expert op gebied van fantasy. Maar dit vond ik wel aangenaam om te lezen. 'Waterhalen', geweldig . Helaas zit ik niet middenin dit verhaal en was het voor mij pittig om erin te komen. Maar daar kan niemand natuurlijk wat aan doen... (ja, of ik moet 66 hoofdstukken bijlezen! )
|
Gepost op 10-08-2008 Om 21:42 |
Expert? Ik ook niet. Dat is nou juist het leuke van fantasie.
Dank je voor je compliment!!!
*smile*
|
Gepost op 10-08-2008 Om 22:43 |
Door: Gabriëlle |
Tines denkt hetzelfde als ik, Toenak heeft een nachtmerrie of is het toch hetgeen G. heeft meegemaakt en gaat hij mee in de meervoudige persoonlijkheden? Ben ik hier te oud voor?
Ik wacht met spanning een nieuw deel af.
Gabriëlle
|
Gepost op 11-08-2008 Om 11:50 |
Ik verander één detail aan deze post, in de hoop daarmee *iets* meer helderheid te scheppen.
|
Gepost op 11-08-2008 Om 13:15 |
Door: EsQuizzy |
Het zijn twee details geworden, die gewijzigd zijn.
|
Gepost op 11-08-2008 Om 13:20 |
Door: Linda |
Wat een vervolg EsQuirrel. Blij dat magister Toenak weer op het toneel verschijnt. Ik moest zijn zin tegen Lidhia ook even over lezen, maar ik vind het een prachtige zin. Je zult hem maar moeten uitspreken.
|
Gepost op 11-08-2008 Om 13:24 |
Hihi... dank je, Linda!
...Uit Lidhias antwoord op Toenaks vraag kun je waarschijnlijk al opmaken, in hoeverre *zij* hem volgde.
*grinnik*
|
Gepost op 11-08-2008 Om 13:35 |
Door: EsQuizzy |
Onder de titel 'EsQuolumn - Kd·Diepgang' heb ik een... column? Tja......gepost, waarvan de titel wel een beetje voor zich spreekt, geloof ik.
|
Gepost op 11-08-2008 Om 20:42 |
Door: Tines |
Dankje!!! Veel beter.
Ik denk ook dat ik dat van die nachtmerrie begrijp. Kettingen en boeien waarmee Lidhia vast zou hebben gezeten zouden niet binnen een paar seconden (met aanvaller en al) weg kunnen zijn. Dus ik denk dat het toch een nachtmerrie was.
|
Gepost op 12-08-2008 Om 10:55 |
Als je de laatste paar zinnen van deze post nog eens naleest, zie je misschien dat dat er al die tijd al vrij duidelijk gestaan heeft...
*smile*
|
Gepost op 12-08-2008 Om 11:29 |
Door: Tines |
Hehe, inderdaad, ik zie het staan! Maargoed, ik vatte het op alsof die laatste zinnen op de spreekwoordelijke nachtmerrie duidden. Want een spreekwoordelijke nachtmerrie, dat is het óók nog eens!
|
Gepost op 12-08-2008 Om 14:01 |
Ik geef toe: je moet bij dit verhaal goed je ogen open houden.
*smile*
|
Gepost op 12-08-2008 Om 14:32 |
Door: Auke-Willem (AW) |
Ik moet je wel zeggen dat ik fronste toen ik het begin van deze post las. Gelukkig had je het cursief afgedrukt en vermoedde ik daardoor dat het een droom moest zijn. Want nóg een meisje dat slachtoffer zou worden van een zedenmisdrijf zou toch een beetje overkill worden in dit verhaal!
Ik zit ook nog wat met dat 'waterhalen' en 'haar water inhouden'. Bij die laatste denk ik sowieso aan wat anders. ;) Maar waarom niet gewoon ademen? Ik zeg ook altijd dat een vis ademt. Ik noem dat niet waterhalen. Eerlijk gezegd trok het de aandacht steeds weer in de afgelopen posts. Al vind ik het wel leuk gevonden, toch twijfel ik of het nodig is en of het niet teveel afleidt van het eigenlijke verhaal. Voor mij wel tenminste, maar dat hoeft geen leidraad te zijn!
|
Gepost op 16-08-2008 Om 17:22 |
Mee eens, AW. Overkill is niet goed. Maar van Iriniah weten we de uitkomst van de sectie nog niet.
Enne... laat je niet afleiden. Het 'waterhalen' vroeg om consequent zijn toen ik er eenmaal mee begonnen was, en het is een leuke herinnereing aan het feit dat het zich onder water afspeelt. Maar als ik het teveel gebruik zal ik er eens naar kijken. 'Ademhalen' vind ik echter geen optie, je begrijpt wel waarom. ;)
|
Gepost op 17-08-2008 Om 23:06 |
Door: Auke-Willem (AW) |
Ik weet niet of het 'waterhalen' teveel voorkomt, hoor. Maar ik heb een heel groot deel van je verhaal achter elkaar gelezen en dan valt het meer op dat sommige dingen terugkomen.
|
Gepost op 18-08-2008 Om 08:05 |
Door: kiezel |
Ik ben even 18 delen aan het inhalen...
Klein puntje: afgezien van hun tweeën moet afgezien van hen tweeën zijn. Ook al klinkt dat ook niet supergeweldig vind ik...
Bijdehandte moet bijdehante zijn. Apart hè?
Ik heb Toenaks archaïsche taalgebruik wel gemist trouwens, goed om hem weer te 'horen'!
|
Gepost op 14-10-2008 Om 14:27 |
Oh... ja, natuurlijk, 'heb'. Ik kijk even, misschien kan het mooier.
Bijdehante is inderdaad apartr, maar bedankt, ik pas 'm direct aan!
Ik heb jou gemist. Goed om jou weer te 'horen'!!! ;)
|
Gepost op 14-10-2008 Om 15:43 |
Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van
de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden
teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt
worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de
auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van
het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur)
stappen ondernomen worden.
|
|
|