| |||||
“Zo, ik ga even naar buiten, pijpie roken,” zei Bertrand, nadat Janine en hij oma Brescher geholpen hadden met het opruimen van het gebroken glas. Hij stak zijn pijp voor zich uit de lucht in en liep naar buiten. “Ie moat doen wat ie niet loaten kunt,” zei mevrouw Brescher glimlachend. “En doe zoals ie zeggen, dan lieg ie niet,” zei Karlijn met een eigenwijze uitdrukking op haar gezichtje, twinkeling in haar ogen en een guitige glimlach op haar lippen. “Nou je kan wel weer horen waar ze dit weekend geweest is,” zei Janine lachend. “Zal ik eens even een lekker kopje koffie voor je halen, ma?” “Die heeft ze nog, hoor!” zei Karlijn enigszins verontwaardigd. “Die hebben Nina en ik net voor d`r gemaakt.” “Wichie, die zal toch al wel kold wezen nou, denkst ook niet?” zei oma Brescher sussend, terwijl ze de kleine Luuk op schoot nam. “Ohw ja…, tuurlijk,” zei Karlijn. “Zullen we het maar weer even binnenhalen dan?” “Doen jullie dat, dan ga ik nieuwe koffie zetten en dan vertellen jullie maar eens wat jullie allemaal beleefd hebben dit weekend.” “Ja, is goed!” zei Karlijn enthousiast. Ze had er zin in de meegemaakte dingen om te zetten in leuke, spannende verhalen. Čn ze wilde weten wat er met Steffie was, want die was stiller dan anders. Al leek het oma, met de drukte rondom de gevallen vaas en de daardoor andere binnenkomst dan gewoonlijk, niet echt op te vallen deze keer… “Kom Karlijn,” spoorde Nina haar vriendinnetje aan, terwijl ze ongeduldig van het ene op het andere been wiebelde. “Ja, kom d`r aan,” zei Karlijn, en ze keek nog gauw even naar haar stille zus, die in een hoek van het driezitsbankstel weggedoken zat. |
|||||
|