| |||||
Donderdagavond, 17 december 2009, 20.14 uur Nürnberg (Duitsland) De geur van koffie en Annas parfum vermengden zich tot een mengsel dat bij Kurt herinneringen aan intieme dinertjes bij kaarslicht opriep. Hij zag nog net een glimp van de gemanicuurde hand met het bedelarmband die zich terugtrok van de dampende kop op zijn bureau en zijn blik gleed over de tijdsaanduiding van het computerscherm. Was het zo laat? Dan sliepen de kinderen al. Had ze hem niet kunnen roepen voor een nachtkus? Het leek alsof hij elke dag minder deel ging uitmaken van dit gezin. Nou ja, dat zou hij morgen allemaal ruimschoots goedmaken met hun geplande uitje. De traditie voor kerst zou ook dit jaar in ere gehouden worden. Zijn blik bleef rusten op de cruciale fout in het contract voor hem getrokken. Het was niet de eerste keer dat zijn secretaresse dit soort steken liet vallen. Moest hij dan alles zelf doen? Hij kon zich immers geen fouten meer permitteren, juist nu zou elke kleine fout hem zwaar aangerekend worden. Hij werd onderbroken door zijn gedachtestroom door de zucht die achter hem geslaakt werd. "Kurt, ik moet met je praten," hoorde hij de zachte stem van Anna. Hij keek verbaasd om, omdat hij zich nu pas realiseerde dat ze nog steeds in de kamer was. Hij beet op zijn lip bij het besef dat hij haar niet had bedankt voor het brengen van de koffie. Er was ook zo veel dat hij aan zijn hoofd had. Terwijl de stoel meedraaide in zijn beweging, gleed zijn ogen over haar lichaam. Dezelfde schoonheid die hij negen jaar geleden had getrouwd. Blond haar met de kleur van honing viel tot op haar schouders en haar fijne gelaatstrekken werden bekroond door amandelvormige grijsgroene ogen, waar zijn blik al bij hun allereerste ontmoeting meteen heen werden getrokken. Het viel hem op dat de kleur van de wollen jurk die ze droeg haar adembenemend mooi maakte. Ze had haar armen nu voor de borst gekruist en keek hem afwachtend aan. De achterdochtig in haar ogen vertelden hem dat dit geen gesprek zou worden waarop hij had gehoopt. Teleurgesteld liet hij zijn schouders zakken. Wat had hij nu weer fout gedaan? Zijn stem klonk vermoeid, toen hij iets geïrriteerd verontschuldigde: "Ik moet dit contract voor maandag afmaken, dus kan het misschien wachten tot het af is. Morgen heb ik geen tijd om er aan te werken, dus..." hij had zich al weer omgedraaid om de fout in het contract te verbeteren. "Kurt, ik wil dit leven niet meer," hoorde hij haar zachtjes zeggen en het verdriet in haar stem deed hem zuchten. Daar werd weer de langspeelplaat opgezet. Wanneer had die verandering zich in haar voltrokken en was dat zeurderige toontje in haar stem gekomen? Hij negeerde het, wetende dat hij anders werk zou hebben tot na elven. "Kurt, ik ga bij je weg," hoorde hij haar rustig zeggen. Wat had ze gezegd? Hij draaide zich opnieuw om, maar uit haar gezichtsuitdrukking was niets op te maken. "Wat?" "Kurt, ik kan zo niet langer verder gaan. Zoals we langs elkaar heen leven. Ik had gedacht dat het anders zou worden als je eenmaal gepromoveerd zou zijn, maar dat was een illusie," legde ze uit en haar ogen vulden zich met tranen, die ze met trillende vingers van haar wangen veegde. "Mag ik vragen waar dit over gaat?" vroeg hij nu op onderkoelde toon. Hij wist het wel. Had hij het niet kunnen verwachten. Die zogenaamde vriendinnen hadden haar de laatste tijd opgehitst tegen hem. "Weet je wanneer jij voor het laatst de kinderen in bed hebt gestopt?" vroeg ze verdrietig en hij klemde zijn kaken op elkaar in een poging om de opborrelende woede te beheersen. "Je had me kunnen roepen," probeerde hij, maar ze liet een verachtelijk gesnuif horen als antwoord. Ze keek naar het plafond, alsof ze een onzichtbare getuige erbij wilde roepen. "Je weet hoe vaak ik dat geprobeerd heb." "En jij weet hoe hard ik de laatste jaren heb moeten knokken. Mijn doctorstitel was noodzakelijk om hogerop te komen. Je weet hoe het werkt. Denk je dat ik dat alleen voor mezelf heb gedaan? Denk je dat ik het niet verschrikkelijk vond om zoveel tijd met de kinderen te moeten missen? En dat ik het leuk vond om avond na avond bezig te zijn met mijn proefschrift?" Zijn zinnen had hij opgedreund als een refrein dat hij nu wel uit zijn hoofd kende. Hoe vaak hadden ze het hier al over gehad? Hij zag haar spieren rond haar mond verstrakken. "Ik heb nooit gezegd dat jij moest promoveren. Denk je dat ik sindsdien ook maar één keer het woord doctor in mijn mond heb genomen als ik aan mensen uitleg met wie ik getrouwd ben? Het betekent niets voor mij. Ik heb je gesteund omdat ik wist hoe belangrijk het voor jou was. Maar tegen welke prijs Kurt? Waarom is het promotiefeest al maanden achter de rug en merk ik geen enkel verschil in ons gezinsleven? Je bent er niet voor mij en je bent er niet voor de kinderen. We hebben je nodig Kurt." Kurt slikte zijn emoties weg. Hij kon haar nu niet zeggen hoe woest haar woorden hem maakten. Hoe kon ze het hem zo bot voor de voeten werpen. Dat het niets voor haar betekende. "Jij wilde de eerste jaren thuis zijn voor de kinderen. Waar denk je dat we de hypotheek en de auto's anders van kunnen financieren?" gooide hij haar voor de voeten. "Als ik die baan krijg dan..." "Ik wilde er voor de kinderen zijn?" onderbrak ze hem snel met ingehouden woede. "Was dat niet een keuze van ons samen? Dachten we niet dat het de beste mogelijke start zou zijn, die we hen konden geven? Alsjeblieft! Dat je jezelf verlaagt tot dit, dat had ik zelfs niet van jou verwacht." Hij voelde aan dat hij het over een andere boeg moest gooien. "Weet je wat, we praten het morgen uit. We gaan morgenavond uit eten. We regelen een oppas en dan komen we er echt wel uit. Het is niet zo dat ik niets aan de situatie wil veranderen, maar je weet dat als ik kans wil maken op die baan, dat niet vanzelf gaat. Mijn baas verwacht van mij dat ik me voor meer dan honderd procent inzet." Anna wreef met haar handen over haar armen alsof ze het koud had. "Het spijt me Kurt, maar het is te laat. Mijn besluit staat vast. Ik ga bij je weg en ik neem de kinderen mee," Haar stem was nu kalm, maar haar gezicht was bleek en haar onderlip trilde. Hij stond nu op en maakte een gebaar van machteloosheid. Zijn mond viel open van verbazing. "Mama mia, Anna, dat meen je toch niet. Wat een perfecte timing heb jij zeg, we zitten een week voor de kerst!" Alsof dat iets uit zou maken. "Het spijt me," zei ze opnieuw, nu met een snik in haar stem, waarbij ze haar emoties probeerde weg te slikken. "Ik heb het geprobeerd. God weet dat ik het heb geprobeerd. Ik walg zo van je dat ik het niet gewoon niet meer uithoud." Haar woorden gaf ze de lading mee die ze blijkbaar ervoer en ook op haar gezicht was de walging te zien. "En dat is het dan? Daarmee moet ik het doen?" zei hij op gekwetste toon. "En mag ik ook weten wanneer je weggaat?" Ze beet op haar lip. Ze zag er kwetsbaar uit. "In het nieuwe jaar. De kinderen hebben vakantie, die wil ik hun niet ontnemen, door nu weg te gaan. Het zal al moeilijk genoeg voor hen worden," legde ze kalm en zakelijk uit. Haar stem klonk nu weer zeker. Hij snapte er niets van. "Je hebt zeker een ander," zei hij nu kortaf en keek naar haar reactie. Opnieuw vielen er tranen over haar gezicht en haar schouders schokten. Ze herstelde zich echter en rechte haar rug. "Nee, dat is het niet Kurt," zei ze met gekwetstheid in haar stem. "Jij hebt een ander, niet ik." Hij keek haar ongelovig aan en riep verontwaardigd uit: "Wat? Ik een ander... onzin... wie heeft je dat gezegd!" Ze deed een stap naar de computer en pakte de muis. In een paar klikken was ze op het internet en verscheen een beeld op het scherm dat hij niet hoefde te zien, omdat het al op zijn netvlies stond gegrift. Shit, shit, shit, dacht hij in een flits. Hij was vergeten de geschiedenis te wissen. "Ik kan de bewegende beelden niet zien zonder te kotsen," zei ze vol walging en voegde er afgemeten aan toe, terwijl ze naar het beeldscherm wees: "Daar wil ik niet eens mee concurreren." Zonder er nog iets aan toe te voegen liep ze de kamer uit. Hij sloot zijn ogen en streek met een hand het dikke zwarte haar dat over zijn voorhoofd viel naar achteren. Zijn handen begonnen te trillen en zijn ogen vulden zich met tranen. Hij nam weer plaats in de leren stoel en draaide zich om naar de computer. Een ontklede vrouw met een ondeugend verleidelijke glimlach keek hem ongegeneerd aan. Zijn schaamte was zo groot, dat hij het beeld meteen wegklikte. De geur van de dampende kop die boven zijn bureau hing deed een vraag in hem oprijzen. Wanneer was hij toch gestopt om 's avonds met Anna koffie te drinken om samen de dag door te spreken? |
|||||
|