| |||||
Zich volledig onbewust van Lidhia’s avonturen en Tims gedachten in het bovenwaterse zaten magister Toenak, medica Ishtaran en Murox geconcentreerd gebogen over de broze pagina’s van het antieke boekwerk dat dankzij Lidhia’s zoektocht naar haar dagboek gevonden was. Toenak was koning Silvaeo bijzonder dankbaar dat de vorst de bibliotheek tot studieruimte voor hem en de twee andere wetenschappers had verklaard. Bij dit zeer specifieke werk konden ze geen nieuwsgierige prinsesjes gebruiken! In Murox en de medica vond Toenak waardevolle teamgenoten, goed onderlegd en snel van begrip en verstand. Zodra de donkere omslag van het manuscript met de van ouderdom nog slechts vaag oplichtende woorden van onder de vloertegel tevoorschijn was gekomen, had de magister diep onder de indruk, maar met glinsterende ogen aangekondigd: „De Almachtige heeft ons hiermee een geconserveerd mirakel ter beschikking gesteld in de informatieve vorm van een tweetalig opgesteld handschrift…!” „Een mirakel?” wilde Lidhia direct weten. Ook Tirashya’s nieuwsgierige aanleg liet zich niet onbetuigd. Murox legde uit: „Afhankelijk van de niet geringe vraag of dit werk ons een enkelvoudige of, in het minder gunstige geval, een tweevoudige tekst biedt, is het mogelijk dat deze vondst ons de mogelijkheid opent tot de ontcijfering van het Klassiek Waterlings, Hoogheden.” De koning en prinses Lidhia hadden de implicatie van die uitspraak tegelijk doorzien, al verbonden zij die aan verschillende conclusies. Lidhia was direct vastbesloten de door magister Toenak overgenomen tekst uit de vreemde constructie in de grote grot diep onder het Paleis erbij te halen om te zien of ze die kon vertalen. Silvaeo had haar nog onuitgesproken plannetje gedwarsboomd door iedereen behalve de magister en Murox te bevelen de bibliotheek te verlaten omdat er werk aan de winkel was voor de geleerden. Toenaks geconcentreerde blik verzachtte even bij de warme herinnering aan de geamuseerde blik op Silvaeo’s gezicht toen hij hem verzocht had Ishtaran de toegang te verlenen. De koning wist hoe zeer hij de intelligente waterlinge waardeerde. Ze was door de jaren heen als een dochter voor hem geworden — als het kind, dat hij nooit gehad had. Murox had direct aangeboden de medica uit te gaan nodigen. Al snel hadden ze vastgesteld dat door de hele bundel heen iedere linkerpagina beschreven was in de klassieke, hen onbekende taal, terwijl de rechterpagina’s ook voor hèn gewoon te lezen waren: het Oud Waterlings was slechts een in onbruik geraakte voorgaande versie van de huidige variant. De oude naamvallen, de vele voor-, tussen- en achtervoegsels en de vijf lidwoorden konden zó eenvoudig vervangen worden, dat deze tekst zonder enige moeite vóór te lezen viel zonder dat iemand er iets van zou merken. Op dit moment verdiepte het drietal zich in het lezen van de rechterpagina’s. Toenak en Murox waren direct begonnen aan de vergelijking van de eerste zin tussen de beide talen, maar daar had Ishtaran een stokje voor gestoken: als er belangrijke informatie in de leesbare tekst zou staan, moesten zij dit niet laten wachten, vond zij. De beide watermannen hadden hierin zonder enige tegenstand toegestemd en hun nieuwsgierigheid eenvoudigweg in een andere richting gestuurd. Daar hadden ze geen spijt van: in zwijgende stilte wachtten ze op elkaar voordat Toenak iedere volgende pagina teder maar met een stijgend verlangen naar het vervolg omsloeg. Hij vroeg zich af of zijn metgezellen hun harten even luid en snel voelden kloppen als hij het zijne. Hij meende Ishtarans hand te zien trillen; Murox’ borstkas versneld op en neer te zien gaan. Zouden zij dit alles op dezelfde manier interpreteren als hij dit deed? Zouden dezelfde vragen in hun harten rijzen die hèm zo onverwacht besprongen? Het Paleis om hen heen was in diepe rust en sliep vredig. Tòch registreerde zijn bewustzijn de sensatie van een hevige zeebeving. Magister Toenak schudde tot in het diepst van zijn wezen. Opnieuw gaf de medica met een lichte buiging van haar hoofd te kennen dat ook zij klaar was met de pagina, die nog geopend vóór hen lag. Opnieuw sloeg de magister behoedzaam een bladzijde om, zich afvragend welke verdere onthullingen zich dáár nu weer zouden aandienen… |
|||||
|