248818
 
 
 
 
 

     Menu:

> Startscherm
> Schrijvers
> Verhalen
> Open verhalen
> FAQ
> Vintage

Levanda
Hoofdstuk 2
Door: Levanda
Commentaar van de schrijver:
Anekdote van hoe ik aan de naam Levanda kwam:
Op een huis in Oostenrijk stond "Lavanda". Ik vond het mooi klinken, en zo is het Levanda geworden. Maar van mijn moeder hoorde ik dat het huis Lavanda heette omdat het eerst een wasserette van
Categorie: Fantasy
Geschatte leestijd: ca. 6 minuten

Hoofdstuk 2

Direct na het middagmaal nam Vrouwe Yolanthe Levanda mee naar haar vertrekken zodat ze klaar gemaakt kon worden voor het bal. Zoals Levanda al had verwacht, was ze die dag niet buiten geweest om te wandelen. Ze zag wel dat Vrouwe Yolanthe vreselijk nerveus was en hield zich rustig. Ze moest nogmaals in bad. Dit keer werd ze van top tot teen gewassen in een bad met rozenblaadje. Haar hoofdhuis werd gemasseerd met een olie van rozemarijn. Vervolgens werd haar donkere haar door Mirthe geborsteld, met honderd slagen links en honderd slagen rechts. Mirthe deed het zacht en Levanda vond dat het nog wel even mocht duren.
Jammer genoeg was het maar al te snel voor bij en werd ze in een hemelsblauwe jurk gehesen. De japon had een lijfje met zilverdraad en de vierkante hals en driekwart mouwen waren afgezet met kant. Ze bekeek zich zelf in de grote spiegel. Hoewel de stof heerlijk aanvoelde langs haar armen, zat de jurk heel strak langs haar bovenlichaam.
“Vrouwe Yolanthe, deze jurk voelt toch te strak.”
“Het is nu te laat om er wat aan te veranderen prinses.”
“Vrouwe, ik heb het ook al heel vaak tijdens de passessies gezegd.”
“Het pas een prinses niet om zoveel te klagen,” zei Vrouwe Yolanthe koud.
“Ik klaag helemaal niet zo. En ik ben niet eens met ‘maar’ begonnen!”
Levanda hield haar mond tot plotseling Mirthe kwam aandragen met een enorme blauwe saffier aan dunne zilveren ketting.
“Moet ik deze ketting echt om? Die steen is zo gigantisch dat ik aan het eind van de avond ” Als antwoord pakte Vrouwe Yolanthe een zilveren haarnet met dezelfde stenen. Levanda zuchtte, maar klaagde niet meer.
Nadat haar voeten in blauwe schoentjes gestoken waren die natuurlijk perfect pasten bij haar japon, was ze klaar om te vertrekken.
Ze wierp nog een laatste blik in de spiegel. Ja, ze zag er in de ogen van Vrouwe Yolanthe vast prachtig uit. Haar haren netjes getoomd in een netje, een japon die zo strak vast gesnoerd was dat ze nauwelijks kon ademen, maar wel netjes gesloten en een hele laag poeder over de paar moedervlekjes die ze had gekregen van het buiten zijn, één op haar slaap ter hoogte van haar ooghoek, één op haar kaak aan de andere kant en de laatste naast haar neusvleugel. Deze drie kleine vlekjes vond Vrouwe Yolanthe afzichtelijk.

De Grote Zaal was al een wolk van kleuren toen ze binnen kwam. Donkergroen, lichtgroen, grasgroen, appeltjesgroen, geelgroen, blauwgroen, groenblauw, donkerblauw, lichtblauw, nachtblauw, marineblauw, viooltjesblauw, paarsblauw, blauwpaars, roodpaars, paarsrood, kersenrood, vermiljoen, scharlaken, oranjerood en roodoranje. En natuurlijk tinten als beige, perzik, lichtbruin, donkerbruin.
Er waren geen twee dezelfde kleuren.
“Prinses, daar in het blauw, dat is heer Fildes.”
“Bedoelt u die daar, in het marineblauw, of die daar in het lichtblauw? Of die daar in het groenblauw?”
“Die in het marineblauw, vlak bij de deur. Vergeet u niet dat heer Fildes een geschikte huwelijkskandidaat zou kunnen zijn. En daar, in het groen…”
“Donker of lichtgroen?” onderbrak Levanda.
“Donkergroen met gouden knopen, tevreden?”
“Ja, alles naar wens, afgezien van het feit ik moet trouwen met iemand die haar als stro heeft, een haakneus en scheve tanden. Of met iemand die constant naar de mooie meisje gluurt.”
“Prinses Levanda. Ik heb u al uitgelegd dat het niet aan u is iemands uiterlijk af te kraken. De heer in het groen is prins Dakmar, van Lakilië. In tegenstelling tot de meestal blonde Lakilianen heeft hij donkerbruin haar, zijn moeder was Bokilisch. Prins Ayen zie ik niet. Maar u zal naast hem zitten tijdens het banket.”

Het ontvangst begon. Levanda zat links van haar moeder. Graaf na hertog na prinses na gravin na prins na baron begroette de koning, informeerde de koningin naar haar zoon en complimenteerde Levanda. Alleen al tijdens het ontvangst hoorde ze tientallen keren dezelfde zinnetjes. Vaak hoorde ze dat ze prachtige groene ogen had. Maar even vaak hoorde ze dat ze prachtige blauwe ogen had.
In stilte lachte ze, ze kon het ze ook niet kwalijk nemen: haar ogen hadden zo een aparte kleur, de ene keer leken ze blauw en dan weer groen.
Na het ontvangst begon het banket. Levanda zat aan de linkerhand van Koning Avarus. Aan haar andere kant zat Prins Ayen van Arlokië. Hoewel ze het eigenlijk niet wilde moest Levanda toegeven: Prins Ayen was niet zo lelijk als Prins Dakmar of heer Fildes. Hij had sprekende grijze ogen en donkerbruin haar. Zijn bouw was niet krom zoals heer Fildes, maar recht. Hij was niet bijzonder gespierd, maar hij had een zekere lichtvoetige elegantie die er geen twijfel over liet bestaan dat hij in een goede conditie verkeerde.
Hij had niet de air van ander hooggeboren mensen en deed zijn best om een leuk gesprek te hebben, in plaats van alleen maar indruk te maken. Levanda kon niet anders dan lachen om zijn grapjes, ze mocht deze prins wel.
“Wat doet u het liefste in uw vrije tijd, heer?”
“Ik ben graag buiten. Ik heb een prachtige zwarte hengst, een echte volbloed. Ik ga graag met hem uit rijden. Ook gelast eerlijkheid mij te zeggen dat ik goed met de boog overweg kan en ik graag aan wedstrijden meedoe.” Hij keek haar even aan en glimlachte. Levanda lachte terug. Ze kon er niet onderuit: als haar vader haar met hem wilde laten trouwen vond ze het niet erg.

Na het banket vertrokken de Koninklijke hoogheden naar hun troon en het bal ving aan.
Al gauw stonden vele jongemannen beleefd te dringen voor Levanda’s troon. Wie zou er het eerst met de prinses mogen dansen? Levanda lachte grimmig bij het idee dat ze hier niet voor haar waren, maar voor haar bruidschat. Prins Dakmar was de gelukkige. Hij maakte een stijve buiging. De anderen dropen rustig af om te kijken of ze een ander konden vinden.
“Prinses Levanda, ik zou vereerd zijn als u met mij aan deze wals zou willen deelnemen.”
“Graag prins Dakmar.” Een enorme leugen. Levanda zou veel liever blijven zitten en kijken naar de dansers dan met deze houterige prins te dansen. Helaas was weigeren onmogelijk.
Haast al voor het orkest de laatste noot gespeeld had en de dansers een buiging maakten, vroeg de volgende haar al ten dans, net toen een ander zijn mond open deed.
“Hier ben ik voorlopig nog niet mee klaar,” verzuchtte Levanda. Ze probeerde een plan te bedenken om, maar als ze er al één gehad had, had ze nooit de kans gekregen om het uit te voeren. Plotseling merkte ze van zichzelf dat ze iedereen stiekem vergelijk met de Arlokische prins.
Heer Fildes nodigde haar voor de volgende dans uit. “Opeisen is een beter woord,” dacht Levanda bitter. Tijdens de dans sprak hij alleen maar over de landerijen van van zijn vader, zijn succes bij de paardraces en boogschieten. “Jammer dat het niet uitmaakt dat zijn blauw niet bij mijn blauw staat,”bedacht Levanda sarcastisch. Nu had ze het gehad. Haar voeten deden zeer en het dunne kettinkje met de enorme steen sneed in haar hals. Dus zodra de volgend edelman haar aansprak voor nog een wals zei ze:
“Het spijt, me maar ik heb even behoefte aan rust. Ik ben een beetje benauwd.” Meteen boden zich vijf jongemannen aan om haar naar buiten te begeleiden. Vriendelijk wees ze hen af. Met de meest beminnelijke glimlach die ze nog op haar gezicht kon toveren voegde ze eraan toe: “Maar de avond is nog lang genoeg.” “Helaas” weerkaatste in haar hoofd erachteraan.
Buiten plofte ze op een bankje naast een fontein neer. Met een pijnlijk gezicht trok ze haar schoen uit een masseerde haar zere voet.
“Is deze van u?”
Geschrokken schoot Levanda haar schoen weer aan. De prins uit Arlokië stond naast haar. In zijn hand hield hij de grote saffier die ze eerder die avond nog omgehad had. Blijkbaar was het kettinkje gebroken toen ze zich de balzaal was uitgevlucht.
Met “Ja, die is inderdaad van mij,” en een glimlach nam ze de ketting aan.
“Mag ik bij u komen zitten?”
“Natuurlijk, gaat u zitten. Maar ik moet bekennen dat ik hier eigenlijk zit om even alleen te zijn.”
“Ja, u heeft volgens mij niet één dans stilgezeten.”
“Ik zal het u sterker vertellen: ik heb niet eens de kans gehad om in de buurt van zetel te komen.”
Hij glimlachte en keek haar aandachtig aan.
“Waarom kijkt u zo?”
“U heeft zo een aparte kleur ogen. Ik vroeg me tijdens het ontvangst ook al af: wie heeft er nu gelijk? De mensen die zeiden dat u blauwe ogen had, of zij die uw ogen groen noemden.”
“Is dat goed of slecht?”
“Ik vind het mooi. De ene keer lijken ze groen en dan lijken ze blauw. Een onbestemde kleur.”
Levanda was blij dat het donker was, want ze voelden de warmte naar haar gezicht stijgen.
“Mijn kleedsters zijn er blij mee. Nu kan ik blauwe en groen jurken aan, zonder dat één van de twee kleuren me beter staat.”
Ayen lachte. Maar al snel werd zijn gezicht weer serieus: “Weet u, mijn vader zei dat er een grote kans is dat koning Avarus het nut inziet van een verbintenis tussen Arlokië en Nemendo. In dat geval zouden wij moeten trouwen.”
Levanda grimaste. “Ons wordt echter niets gevraagd.”
Ayen schudde zijn hoofd. “Klopt.” Hij keek op, recht in haar ogen en glimlachte. “Maar ik zou alles beter vinden dan te moeten trouwen met Lauritta van Lodanië. Het kind is ruim zes jaar jonger dan ik ben.”
Levanda kon er niets tegen in brengen. Lauritta was de dochter van Koning Lottakar, zijn enige kind. Een huwelijk met dit land zou voor Arlokië zeer voordelig zijn. Het meisje was echter pas elf jaar oud, mager en ziekelijk bleek. Ze had sliertig zwart haar en grote lichtblauwe ogen. Haar naaisters hadden een grote fout gemaakt door haar een donkerblauwe, bijna zwarte japon te geven: het arme kind was net een spook verschijning en had het hele bal langs de kant gezeten.
Levanda doorbrak de stilte. “Ik moet weer naar binnen, voordat al die vreemde edelmannen mij komen zoeken.”
Ayen glimlachte. “Mag ik dan de volgende de dans van u? Ik had eigenlijk niet verwacht om alleen al de kans te krijgen u te vragen.”
“Tja, ik zal met iemand moeten dansen,” lachte Levanda vrolijk. “Alles beter dan weer te moeten dansen met heer Fildes.”
Na Ayen was het bal echter niet afgelopen. Meer prinsen en hertogzonen wilden haar complimenten maken. Laat in de avond vond Levanda het echter wel genoeg geweest. Ze zei dat ze zich moe voelde en liep de zaal uit, de jongemannen die nog niet met haar gedanst hadden teleurgesteld achterlatend.
Gepost op 18-01-2009 om 17:22 uur
300 keer gelezen
<< Vorige in deze serie

Alle verhalen in deze serie (Levanda)
Alle verhalen van deze schrijver (Levanda)



Door: EsQuizzy
Terwijl ik lees toch een opmerkinkje:

binnen konden is twee woorden.

Pracht van een mogelijke woordspeling: …de slagers zouden oude koeien uit de sloot halen en varkens kopen. Idee?

…er naartoe te reizen: één woord.

Hoe anders zou het lopen…
Persoonlijk ben ik niet zo dol op dit soort toespelingen op de ‘toekomst’: als lezer wil ik met de hoofdpersoon meeleven, ik vind het persoonlijk niet leuk als de auteur ineens verklapt dat hij/zij al weet dat het allemaal anders zal gaan dan de hoofdpersoon op dat moment bedenkt. Het verandert het perspectief van de lezer als mee-belever naar het perspectief van de auteur. Als ik als lezer, evenals prinses Levanda, niets weet, is de verrassing/teleurstelling/frustratie straks veel dichter bij wat Levanda meemaakt dan de gedachte die ik nu zal gaan hebben bij een niet-meer-zo-héél-erg-onverwachte onverwachte wending: ‘Oh, dus dàt bedoelde de auteur met die opmerking.’

>>
Gepost op 29-01-2009 Om 19:17

Door: EsQuizzy
>>

Snap je? Het is zeer zeker niet fout, en veel schrijvers passen het toe, maar persoonlijk zou ik het liever niet doen.





P.S. - Ik kan het blijkbaar niet laten... Nu weer een poging tot dóórlezen...

Gepost op 29-01-2009 Om 19:19

Door: EsQuizzy
...Gelukt! Te spannend om nu verder te reageren.



Gepost op 29-01-2009 Om 19:36
Klinkt goed! Nu kan elk moment het "gevaarlijke"commentaar komen

Gepost op 29-01-2009 Om 20:31

Door: Gabriëlle
Ik ben erg benieuwd hoe het verder gaat! Mag ik wat puntjes geven?

lichtekooien: is een scheldwoord, zou ik zelf niet gebruiken voor vrouwen die me geholpen hebben.
de man: een man, nu klinkt het net alsof die man al eerder is geïntroduceerd.
de hoek om: kan dat in een bos?
zat van: ik vind dit zelf één van de vreselijke uitdrukkingen van dit moment, sorry....
Vreemde geluiden hielden Levanda wakker, maar ze was zo moe dat ze (uiteindelijk) toch in slaap viel. zonder dat ingevoegde woord vind ik de zin zichzelf tegenspreken.
Ik blijf lezen hoor!
Gepost op 08-03-2009 Om 13:57
Hee Esquirrel, dit is ddus wat ik met "gevaarlijk commentaar" bedoel!
Niet slecht bedoeld, hoor, ik ben allang blij met reacties!
Gepost op 08-03-2009 Om 17:45

Door: EsQuizzy
Ik zie alleen niet wat er gevaarlijk aan is...

Trouwens, je, in een bos kun je de hoek om gaan. Ik zal niet verder uitwijden maar vertrouw me: het kan.



Gepost op 08-03-2009 Om 18:10
Hm, ik zie dat er niet helemaal gesnapt wordt wat er met mijn gevaarlijk commentaar bedoeld wordt... Misschien is het niet helemaal het goede woord, maar een beter woord kan ik niet vinden, noch een goede omschrijving. Het is gewoon een bepaald gevoel...
Gepost op 09-03-2009 Om 12:54

Door: EsQuizzy
Over die lichtekooien: als je dat woord zou gebruiken als je ze aanspreekt, nee, dan ben ik het met Gabriëlle eens. Maar het wordt hier vanuit het standpunt van de gedachten van de prinses en de auteur gebruikt, en dan kan ik het moeilijk als ‘scheldwoord’ zien. Eerder als een realistische omschrijving. Ik stoorde mij er niet aan, misschien wordt het een paar keer te vaak vlak achter elkaar gebruikt. Misschien een alternatiefje ergens? Er zijn er genoeg op dit gebied...



Gepost op 08-03-2009 Om 18:12
Ik heb er nooit bij stil gestaan dat lichtekooien een scheldwoord was. Ik kwam het een keer in mijn geschiedins boek tegen, dus... Bovendien zouden sommige alternatieven bij mij eerder binnenkomen als scheldwoord. Ik kijk er nog wel even naar.
Gepost op 09-03-2009 Om 07:18

Door: Gabriëlle
Hoi Levanda: wat is er gevaarlijk aan mijn kritiek (olifant in de porseleinkast?) (aanvallend als een grote hond?) (negatieve kritiek)
: Zo was het niet bedoeld hoor, alleen maar mijn bescheiden ingevingen als is dit stuk lees. Als ik nou echt inhoudelijk kritiek zou hebben, dan vind ik het veel persoonlijker, maar als ik je gekwetst heb, SOOORRRRY
@ Esq. over die lichtekooien, daar kan ik me ook wel in vinden en @ Levanda: iedereen beschouwd iets ander een scheldwoord...
Gepost op 09-03-2009 Om 10:19
misschien moest je die reactie nog een keer doorlezen. Ik ben allang blij dat ik reacties krijg
Gepost op 09-03-2009 Om 12:49

Door: Gabriëlle
O ja, over dat bos. Ik ga er vanuit dat ze niet op een pas liepen, maar echt gewoon door de bossen, snap je, dan ga je niet zo snel een hoekje om, maar als je op een pad loopt, kun je natuurlijk naar rechts of naar links. Ik vond het wel grappig klinken.

Gepost op 09-03-2009 Om 10:21
Nou, ze liep dus inderdaad op een pad En misschien gaat ze niet helemaal het hoekje om, meer de bocht om...
Gepost op 09-03-2009 Om 12:58

Door: Gabriëlle
Nou dat gevaarlijke commentaar laat ik dan maar schieten
Hahahaha,
Gepost op 09-03-2009 Om 14:05
Schietend commentaar. Als dat niet gevaarlijk is!
Gepost op 09-03-2009 Om 14:11

Door: Gabriëlle
Gepost op 09-03-2009 Om 18:22

Door: wies
, en hie was zij er eigenlijk aangekomen? klopt niet
Gepost op 29-03-2009 Om 13:42
huh? (dit was wat er door mijn hoofd ging toen ik je reacie las)
Nu de wat beleefdere vorm:

Wat bedoel je precies?
Gepost op 29-03-2009 Om 17:55

Door: wies
er staat ergens deze zin, en ik denk dat ie niet klopt
Gepost op 02-04-2009 Om 16:08
OK, nu wil ik wel graag weten in welk hoofdstuk, want ik heb echt geen idee
Gepost op 07-04-2009 Om 18:58

Door: Tara
Oké, nou heb ik het echt gehad! Ik heb al drie keer niet geplaatst commentaar geplaatst!
Gepost op 03-04-2009 Om 08:59
heb ik ook echt te vaak!
Gepost op 07-04-2009 Om 18:57

Door: Tara
En natuurlijk plaatst hij de vorige wel. Goed, mn ma legt me net uit hoe het komt. Ik mag om de een of andere vage reden geen hoge kommas gebruiken.
Dus hopelijk doet alles het nu wel.
Goed, eindelijk mn commentaar.
Kijk even naar de laatste zin van hoofdstuk 4. Die klopt niet helemaal volgens mij. Een kleine tip: volgens mij moet je bij de soldaten die het nog niet begrijpen het woord wie gebruiken in plaats van wat. Het gaat over een iemand namelijk, geen iets.
Verder: gebruik liever geen kommas voor een en. Dat hoort over het algemeen niet. Leuk dat je de mijl gbruikt! Hoe lang is de jouwe?
Gepost op 03-04-2009 Om 09:06
Waarom denk je dat ik de mijl gebruik? Dan hoef ik er lekker niet over na te denken. Ook gebruik ik ellen, alles beter dan de meter
Gepost op 07-04-2009 Om 18:56

Door: EsQuizzy
Inderdaad hoor je over het algemeen geen komma’s voor het woordje ‘en’ te gebruiken, maar er zijn wel uitzonderingen, hoor! Maak er géén wet van Meden en Perzen van!



Gepost op 08-04-2009 Om 13:15

Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur) stappen ondernomen worden.