| |||||
Kus voor oma Enkele jaren geleden, toen ik voor wat onderzoeken in het ziekenhuis in Utrecht was opgenomen, lag ik op zaal uit te rusten. Ik voelde me wat eenzaam en probeerde de tijd te doden met het lezen van een goed boek, maar kon mer er niet echt op concentreren. Plotseling hoorde ik op de gang het geluid van voetstappen. Ah, dacht ik, bezoek! Ik hoorde een vrouwenstem zeggen:"Ga oma nog maar een kusje geven!" Onmiddellijk vloog de deur van de mannenzaal open en kwam er een klein honingblond meisje de zaal opgelopen met onder haar arm een teddybeer. Ze keek gedesoriënteerd wat rond, op zoek naar oma. Plotseling spotte ze, mijn toen nog woest uitziende bos gepermanent haar. Direct kwam ze met getuite lippen, waar overigens nog de nodige koekkruimels aan kleefden, naar mij toe. ik dacht toen ik me voorover boog om het kind een kus te geven, heb ik dat weer? Ik kreeg een kus met koekkruimels en weg was het kind. "Dag oma!" riep ze nog. Ik voelde me op eens niet meer zo eenzaam en besefte dat de Here God soms troost komt brengen door een "kruimelkus" gegeven aan "oma", die er vandaag toch wel heel bijzonder uit zag met die grote snor en al dat borsthaar Muggenspray Het was weer een tropische dag geweest en ik lag tevreden met een bruingebrande huid op de koele lakens een poging te wagen Klaas Vaak bij zijn baard te grijpen. Paula was al ver weg in dromenland maar op welke zijde ik ook trachten in te dutten, het wilde niet erg gelukken. Net toen ik me weg voelde glijden, hoorde ik het vervelende gezoem van een bloeddorstige mug vlak boven mijn hoofd gonzen. Ik greep naar de elektrische vliegenmepper en deed verwoede pogingen het insect te pakken te krijgen. Maar hoe ik ook mijn best deed het wilde in het donker niet lukken. Ik wilde het licht niet aandoen omdat dit bij Paula die tevreden lag te knorren, zeker niet in goede aarde zou vallen. Dan maar de spuitbus met Autan (een insectenwerend goedje) van het nachtkastje pakken en mijzelf eens flink ondersproeien met dat 'eindtijdspul'. Op de tast gooide ik in het donker nog bijna een glas water om maar uiteindelijk had ik het toch te pakken. Na de dop eraf gehaald te hebben richtte ik de bus op mijn voorhoofd, de plek waar het vervelende insect de hele tijd omheen bleef gonzen en kneep eens flink. Direct na het er te hebben opgespoten had ik al in de gaten dat er iets geheel mis was. Met grote stralen liep het goedje in mijn ogen en het beet allemaal verschrikkelijk. Ook de geur kwam mij in het geheel niet bekend voor en ik vroeg me dan ook af wat ik in vredesnaam op mijn hoofd gespoten had. Toen ik met twee prikkende ogen zachtjes uit bed gleed en het licht in de douche aandeed, was het kwaad al geschied. Ik aanschouwde een grote kale plek op mijn toch al niet te royaal behaarde hoofd. Hoe die bus 'Feet' ontharingscrème op mijn nachtkastje terecht was gekomen zal ik wel nooit kunnen achterhalen, maar balen was het wel. Restte mij nog slechts de enig overgebleven optie en wel 'de tondeuse' erover. Alles is tenslotte beter dan met een grote kale plek op je voorhoofd te lopen. Maar wat wilde ik ook al weer met dit hele verhaal zeggen? Oh ja, dat we niet alles wat in het leven tot ons komt, zomaar voor waar aan moeten nemen. De bijbel zegt: onderzoek alle dingen en behoud het goede. Liefdekracht De golven der zee zijn sterk, toch de rotsen kunnen hen breken. De rotsen zijn sterk, doch een ijzeren beitel kan ze kloven. Vuur is sterk, doch het water kan het doven. Water is sterk, toch de wolken kunnen het dragen. De wolken zijn sterk, doch de wind kan ze wegblazen. De wind is sterk, toch een mens kan tegen de wind inlopen. De mens is sterk, doch de dood kan hem breken. De dood is sterk, toch Jezus verscheurde zijn macht. Jezus is sterk, doch brak Zijn leven uit liefdekracht. Als laatste in de rij is daar de liefdekracht, niets is er dat haar overmacht Hallo meneer de uil “Oehoe, oehoe”, klonk het gisteren in de slaapkamer. Ook deze keer stapte ik zuchtend uit bed en probeerde een glimp op te vangen, van onze nachtelijke bezoeker. Ik had al reeds verschillende nachten voor het raam gestaan en was na een aantal minuten weer teleurgesteld in mijn warme bed gekropen, omdat hij zich nimmer liet zien. Ook nu bleek alle hoop ijdelheid en terwijl het nachtdier nog een schrille kreet liet horen, waren mijn ogen niet in staat om hem (of haar dat kan natuurlijk ook) te traceren. In een vogelboek had ik al eens nagekeken, welke uilen soorten we hier in ons kikkerlandje rijk zijn. Maar ja, het is natuurlijk ondoenbaar om zo’n uil te identificeren, zonder hem aanschouwd te hebben. Wel had ik al onder verschillende bomen gezocht, naar de aanwezigheid van de zogenaamde uilenballen, doch ook dat was op niets uitgelopen. Tja, zo’n beest kan wel overal zitten. Ook een zoektocht met de overbuurman, welke erg geïnteresseerd is in het vogelbestand in deze omgeving, wierp geen enkele vrucht af. Ondanks dat de uil overdag onvindbaar bleef, hoorde ik ook deze nacht, zijn ijselijke roep, door het middernachtelijk zwerk galmen. “Oehoeeee!”Oehoeeee!” Terwijl ik uit bed gleed en op de tast mijn sloffen aanschoot, liep ik langs de radiator van de centrale verwarming, welke wel er warm was. Op het moment dat ik de thermostaatknop wilde vastgrijpen, klonk opnieuw de roep van de uil, maar wat gek? Het leek net alsof de uil ergens in de slaapkamer zat, zo dichtbij klonk de roep. Instinctief greep ik de thermostaat kraan en draaide hem een slag terug. “Oehoeeeeewie”, deed de kraan en toen was het stil. Al die maanden gedacht met een uil te maken te hebben en vele malen voor het open raam gestaan om hem te spotten en wat blijkt, het is een oude thermostaat knop, welke het geluid voortbrengt. Toen ik nadacht over de geestelijke les, welke ik hieruit kon leren, kwam ik niet verder dan:’Onderzoekt alle dingen en behoudt het goede. Christelijke pruimtabak Weet je, toen ik van de zomer langs de kruidentuin fietste kreeg ik een geweldig idee.Het ontsproot uit het gegeven dat de mens behoefte heeft zich te onderscheiden van de "grijze" massa. Of zo je wilt ook wel het verlangen koestert om uniek, ofwel cool, tof of free te zijn. Op grote reclameborden langs de weg maar ook in week-of maandbladen kun je lezen zowel zien hoe je dit kan worden. Steek de een of andere peuk tussen je lippen en volgens de reclame krijg je het zogenaamde Wildwest vat geen Cow (boy) gevoel over je. Of eet een Bounty en je waant je op een of ander subtropisch eiland waar je de mooiste dames in kokospalmen ziet klimmen en meer van zulks. Nou heb ik, (let wel) toen ik nog vrijgezel was, wel eens zo’n reep geprobeerd maar niks hoor, in het geheel geen onbewoonde eilanden gevoel, laat staan allerlei dames in bananenrokjes. Ja, wel last van brandend maagzuur na de derde reep. Maar goed, wat wilde ik ook al weer zeggen? Oh ja, dat de mens behoefte heeft aan cool zijn. Nou weten ze daar in de wereld wel raad mee. Je trekt een spijkerbroek van het merk "Wringer" aan, voeg daarbij aërodynamisch gepotentieerd schoeisel, ook wel sportschoenen genaamd, steek een zware jongen tussen je lippen en hup... al hoestend door de zware dampende jongen en met je spijkerbroek die zo strak zit dat na een uur dragen je onderlichaam niets meer te maken heeft met je bovenlichaam door het zogeheten wringeffect ben je zeker cool. Maar alleen het fijt al dat veel christenen deze hele tendens volgden baarde me zorgen. Zodoende kwam ik op het idee om een onschuldige, zeer cool en tof staande pruimtabak te ontwikkelen. De grondstoffen zouden gaan bestaan uit de kruiden van de gratig kruidentuin hier in Gouda. Na me wat verdiept te hebben in de smaak en de werking van deze planten begon ik heftig te mengen, malen en uiteraard te drogen. Na een goede samenstelling te hebben gecombineerd, deed ik alles in blikken en zag het al voor me. Eindelijk konden al die christenen die moeite hebben met het laten liggen van hun apenhaar (shag) overgaan op mijn onschuldige pruimtabak en zodoende zonder gewetensbezwaar Cool zijn. Het mengsel bestond uit salie, venkel, munt, citroenmelisse en nog wat voor mij onduidelijke planten. Toen de dag eindelijk daar was om het te gaan proberen hoe de smaak zich had ontwikkeld door de vele weken van hoogwaardige rijping (onder mijn bed) om het aroma goed te krijgen, deed ik voorzichtig wat van de tabak in een mooi metalen doosje dat ik speciaal voor eigen gebruik op zak hield. Gelukkig was lange John hier net op zijn motor naartoe komen tuffen en zaten we samen op een bankje in de zon bij ons voor de deur, toen ik vol trots de doos te voorschijn haalde. Nou wist die lange niets af van mijn tabaksindustrie, dus ik vroeg mij af hoe ik hem zo ver kon krijgen om ook wat te proberen. Ik dacht, als ik zonder een spier te vertrekken de doos open en er wat uithaal en in coole stijl in mijn mond stop dan zal zijn reactie als volgt zijn:" Wat is dat?" Ik weer:" Oh pruimtabak" Hij weer:"Smaakt het?" Ik weer :"Jawel" Hij weer:" Geef mij ook eens wat" En dat was nou precies de bedoeling. En wat denk je.......JAWEL het ging exact zo als verwacht. Zo zaten we wat te pruimen op deze tabak, maar om de een of andere reden viel de smaak me tegen. Het leek net of ik op een christmas tree zat te soppen. Om die lange zijn oordeel niet te beïnvloeden deed ik net of alles cool was en vroeg tussen neus en lippen door:" Hoe vind je het, ik heb het zelf gemaakt." Terwijl ik hem ietwat groen zie worden om zijn neus zegt ie al hoestend:" Gaat wel, alleen de melange is nog niet zoals die wezen moet." Nou ja om dit verhaal af te ronden: ik heb de melange nooit goed gekregen en het hele plan met de christelijke pruimtabak maar gedumpt. Later zag ik wel in dat wij helemaal geen pruimtabak of wat ook nodig hebben om cool te zijn. In Christus zijn we meer dan COOL. Ook hoeven wij geen bounty gevoel met paradijseffect. Wij hebben ons eigen paradijs dat leeft nu in ons hart en zal straks ten volle openbaar worden als Hij komt die zegt:"Wat Ik begonnen ben zal Ik ook afmaken." Laten we oppassen dat die hele gekke wereld ons niet in de maling neemt, en nuchter blijven in het feit dat wij onze identiteit hebben in de Meester Jezus Christus onze verlosser. Cool tocht? Willem de Lorrenboer Met `malende` slagen van zijn royaal bemeten voeten, kwam Willem op zijn oude bakfiets de straat inrijden. Hoewel het ambt van lorrenboer, al bijna een generatie lang is uitgestorven, wil hij nog steeds van geen wijken weten. Een laatste der mohikanen zullen we maar zeggen. Met de pet, diep over zijn, door weer en wind getaande en gelooide hoofd getrokken, peddelt hij me zingend voorbij. Hij houdt stil bij een oud huis op de hoek van de straat. Daar laadt hij wat rood koperen pijpen en oude zinken dakgoten op zijn bak en kwakt er met een grote dreun een oude gaskachel bovenop. Vervolgens leunt hij tegen zijn bakfiets en rolt een sigaretje. Ik ken Willem de lorrenboer in wezen mijn hele leven al. Altijd als ik hem zie, steek ik mijn hand naar hem op. Maar wie hij nou werkelijk is en of hij ook ergens ik geloofd, weet ik niet. Gek eigelijk, vindt u niet? Ik bedoel dat er soms mensen om je heen zijn, welke je al heel lang kent, zonder dat je hen ooit echt hebt ontmoet. Met de lorrenboer heb ik regelmatig een oppervlakkig gesprekje over van alles en nog wat. Het weer.Vissen. Wat het lood of koper op dat ogenblik de kilo doet, afijn te veel om op te noemen. Maar nimmer heb ik met hem gesproken over het allerbelangrijkste, namelijk de eeuwigheid. Ik denk dat we dit, als we heel eerlijk zijn, allemaal wel herkennen. Om de een of andere reden verzaken we doortastend te zijn en op zoek te gaan, naar wat onder de oppervlakte van de mens leeft. Toen de lorrenboer, vandaag de straat uitfietste, voelde ik me een beetje schuldig. Als wij christenen hem niet over Jezus liefde vertellen, wie doet het dan wel. Geloof dat ik de eerstvolgende keer eens een poging zal wagen en wie weet wat de uitwerking zal zijn. Een ding is zeker, het gesprek heeft eeuwigheidswaarde. Occulte ballen uit het Oosten Ik kreeg van een kennis een mooi doosje met daarin twee verchroomde ballen. Ze maakten een vrolijk geluid als je ze bewoog of schudde. De een deed “kling” de ander “klong”. Ik dacht wat een grappig geschenkje is dat en las in de gebruiksaanwijzing dat het de bedoeling was om de ballen in je hand te nemen en ze langs elkander te laten ronddraaien onder vrolijke en rustgevende geluidjes, die uit de ballen opwelden. Het zou de gebruiker bewust maken van zijn innerlijke zelf en diepe rust geven en ontspanning. Ik had meteen al een vreemd gevoel over deze, bij nader inzien, ballen uit het Oosten. Maar je wil niet achter elke boom een duiveltje zoeken, dus zolang de schenker van dit kleinood nog op visite was en zijn koffie dronk, zat ik enthousiast met de ballen uit het Oosten wat te klingen en te klongen. Maar lekker zat het me in het geheel niet. Zodra de vriendelijk gever weg was, kroop ik achter de pc en zocht op het internet. Ik wist niet precies wat ik moest intypen in Google maar deed op goed geluk “occulte ballen” en jawel! Daar waren ze al. Deze ballen zouden de gebruiker, die ze al klingelde en klongende in zijn hand moest laten ronddraaien, een innerlijke rust, een gezonde geest, een goed geheugen en bij regelmatig gebruik kan zelfs genezing of verbetering optreden van spijsvertering, spieren, beenderen, hersenen, hyperventilatie etc. Natuurlijk wist ik wat me als christen te doen stond na deze informatie. Ik liep naar de Stolwijkse vaart die achter ons huis doorloopt en smeet ze er in. Met een laatste “kling” en “klong” zonken de occulte ballen uit het Oosten weg in de zompige veenbodem van ons Nederige Landje. Nimmer heb ik meer beseft wat een voorrecht het is om een Levende God te mochten kennen in Zijn Zoon Jezus Christus, in plaats van je vertrouwen te moeten stellen op een paar vaag klinkende ballen. |
|||||
|