| |||||
Daar stond je dan, met tranen in je ogen op het podium. Tranen die ik nog nooit bij je had gezien. Wij stonden in een halve cirkel om je heen en stonden je toe te zingen. Toen wij stil waren sprak je. Je nam afscheid van ons, van ons allemaal. Je vertelde het publiek wat je zoveel pijn deed, waarom jij, de nuchterste van ons allemaal, daar met een betraand gezicht stond. Waarom je met een gebroken stem sprak. De afsluiting van een leven met ons. Je zag ons groot worden, we gingen van de basisschool naar de middelbare school en je zag ons uitvliegen om te gaan studeren. Maar één keer in de week kwamen we terug bij jou. De vrijdagavond was voor jou. We studeerden af en kregen een baan, we gingen het huis uit. Alles werd gevierd met de groep. Maar nu was het dan tijd om echt uit te vliegen. Tijd om een tijdperk af te sluiten. Maar niet zonder groots afscheid en daarom stonden we hier op het podium. We wilden nog één keer knallen en dat hadden we dan ook gedaan. Het einde van een tijdperk. Meer dan 15 jaar maakte je deel uit van ons leven en nu verlieten wij jou. Het was tijd om verder te gaan. Je was aangeslagen toen we vertelden dat we stopten, dat er geen volgend seizoen meer zou zijn. En wij waren ook aangeslagen. Het was niet zomaar iets waar we mee stopten. Het was meer dan 15 jaar dat we les van je hadden gehad. En nu? Nu was het voorbij. Voorgoed voorbij. Nooit meer samen op het podium staan. Nooit meer les van je krijgen. Natuurlijk zouden we elkaar nog zien. We zouden nog samen voorstellingen bezoeken, maar het zou anders zijn. Niet meer elke week dansen, niet meer de spanning voor een optreden, geen peptalks meer. Nooit meer. Jij stond daar op het podium, met tranen die ik nog nooit bij je had gezien en plotseling merkte ik dat er iets over mijn wangen liep. En ik besefte dat ik huilde, huilde om jouw pijn, om het afscheid. Denkend aan de geweldige tijd die we samen hadden gehad, denkend aan iets wat nooit meer zo zou zijn. Het was raar om te beseffen dat ik een periode van mijn leven afsloot. De mooie dingen die we samen hadden beleefd. De behaalde successen, met als hoogtepunt ons optreden op een landelijk podium. Maar ook de ontelbare keren dat ik riep dat ik het niet kon en jij me liet zien dat ik het wel kon. De keren dat je me zei dat ik niet moest denken maar gewoon moest doen. Je kende ons allemaal, je wist onze zwakke kanten, we wisten wanneer iemand het moeilijk had, jij zag het aan ons en wij zagen het aan jou. Een unieke situatie: weten wat iemand voelt ondanks woorden. We steunden elkaar, door dik en dun. De steun zou er nog zijn, maar toch. Het zou nooit meer hetzelfde zijn. Ik boog mijn hoofd en zag mijn tranen druppen op de vloer waarop we zojuist onze laatste dans hadden gedanst... |
|||||
|