248819
 
 
 
 
 

     Menu:

> Startscherm
> Schrijvers
> Verhalen
> Open verhalen
> FAQ
> Vintage

Paulus'kracht
Een tomeloos mens
Door: Hugo Karels
Commentaar van de schrijver:
Het eerste wat zich van de apostel aan ons opdringt is zijn tomeloze energie en onbedwingbare wilskracht. Steeds weer domineert hij in elke situatie waarin hij betrokken wordt. Waar Paulus is, maakt hij de dienst uit!
Categorie: Overdenking / Preek
Geschatte leestijd: ca. 12 minuten

Zijn kracht
Het is niet de zwakheid van de apostel Paulus die op de lezer van zijn brieven de meeste indruk maakt. Zijn zwakte wordt ons heel betrouwbaar meegedeeld en hij zwijgt erzelf niet over. Maar niet het zwakke van de mens imponeert maar juist zijn kracht. Het eerste wat zich van Paulus aan ons opdringt is zijn tomeloze energie en onbedwingbare wilskracht. Hij schroomt niet om vrouwen en mannen voor de rechtbank te slepen, omdat hij de mening is toegedaan dat ze veroordeeld moeten worden tot gevangenisstraf zelfs tot de dood. Onvermoeid vervolgt hij ze waar ze zich ook bevinden. In en rondom Jeruzalem of in het verre Damascus. Dit is Paulus als Farizeeër. Paulus als Christen heeft dezelfde spankracht.
Steeds weer domineert hij in elke situatie waarin hij betrokken wordt. We zien dat duidelijk in het verhaal van de schipbreuk, dat Lukas ons meedeelt in de Handelingen. Hij is op dat schip als een gevangene aanwezig, maar, met inbegrip van de bemanning, luistert uiteindelijk iedereen naar zijn raad. Waar de apostel is maakt hij de dienst uit!
Een mens toont zijn kracht wanneer hij de omstandigheden beheerst. Zwakke mensen laten zich hierdoor leiden en zijn dus slaaf van de omstandigheden. Zij zijn de gevangenen van hun eigen omgeving. Iemand die sterk is maakt van de omstandigheden gebruik en slaat er munt uit. Wanneer deze ongunstig zijn dan zal hij toch al het mogelijke doen om ze naar zijn hand te zetten en als dit niet lukt dan zullen ze bijdragen tot zijn geestelijke vorming en hem tot leergeld zijn. Iemand kan niet de richting van de wind veranderen, wanneer deze in zijn gezicht waait maar hij kan wel uit de wind gaan staan of deze gebruiken voor zijn eigen doeleinden. De stroom van een rivier kan hij niet omleggen maar hij kan er wel rekening mee houden, zodat hij toch de overkant bereikt zonder verspilling van al zijn krachten. Tegen de stroom inroeien gaat niet, maar de rivier schuin oversteken met de stroom mee lukt wel. Men komt wat verder aan, maar het doel is bereikt. Ontsnappen aan een omgeving is niet altijd mogelijk, maar je kunt er wel veel van leren en hierdoor geestelijk groeien. Paulus wil meester blijven van de situatie, zodat hij in staat is deze te overwinnen. De wereld waarin hij moest leven verpletterde hem bijna maar toch boekte hij resultaten. "In alles zijn we in de druk, doch niet in het nauw; om raad verlegen, maar niet radeloos; vervolgd, doch niet verlaten....’’ Dat is het relaas van zijn leven.
Elke ervaring gebruikt hij als een opstap om weer hoger te komen. Hij wendt alles tot zijn nut. De grootste teleurstelling in zijn leven ervoer hij toen hij in Rome gevangen gezet werd. Maar hij liet zich niet ontmoedigen door de kettingen waarmee hij was vastgeklonken. Zelfs van deze situatie maakt hij gebruik om alles naar zijn hand te zetten. Hij is vastgekluisterd aan een soldaat, zodat ze van elkaar afhankelijk zijn. Dit geeft Paulus de kans om aan deze militair van Jezus te vertellen. Deze soldaten werden natuurlijk steeds afgewisseld, zodat hij in die enkele maanden volop gelegenheid had om aan velen het evangelie te verkondigen. Op deze wijze werd het Woord van God ook in het Romeinse leger bekend. Het kwam in de paleizen van de Caesars. We kunnen zelfs stellen, dat zijn boeien de christenen in Rome een dienst hebben bewezen, doordat er aan het hof meer begrip ontstond voor deze nieuwe godsdienst. Want het Woord van God is niet gebonden! De Romeinse christenen werden bemoedigd door het optreden van de apostel. De boeien drukten hem niet, integendeel, zij gaven hem juist een extra impuls. Toen de Romeinse christenen bemerkten hoe Paulus uit rees boven zijn eigen ellendige toestand, vergaten zij ook hun eigen miserabele omstandigheden en begonnen ook zij het evangelie met meer zelfverzekerdheid te verkondigen. Zij voelden zich nu overwinnaars die de situatie meester waren.
Geen ontbering of narigheid was te bedenken of Paulus gebruikte deze tot zijn eigen voordeel. Zelfs de prediking van mensen, die tot zijn vijanden behoorden en zijn boodschap verminkten, zodat Christus bedekt gebracht werd, gaf hem geen reden om te klagen. Hij stelt: "Sommigen prediken de Christus wel uit nijd en twist, maar weer anderen doen het met goede bedoeling. Dezen verkondigen de Christus uit liefde, maar anderen uit eigenbelang. Wat doet het ertoe, als Christus maar verkondigd wordt." Hij ervoer het als een voorrecht dat Christus naam nu ook daar gepredikt werd, waar die niet eerder bekend was. En Paulus was er van overtuigd dat velen hierdoor getrokken zouden worden en aangespoord tot verder onderzoek. Zenuwachtige mensen zijn altijd bang dat ze te veel zeggen. Zij verkondigen het evangelie onder voorbehoud: "het is een evangelie, waarin voorwaarden gesteld worden." Ze zijn bang om bestaande vooroordelen omver te werpen en zijn het toonbeeld van zwakte. Paulus was zo sterk, dat hij boven de slechtheid en dwaasheid van zijn medemensen stond en hij was blij dat hij dit vele malen ten goede kon keren. Hij ging zover dat problemen en moeilijkheden waar hij bij betrokken werd hem niet in de put duwden maar door hem juist met vreugde werden opgelost. Hij ging er beslist niet onder gebukt. Hij deed niet moeilijk als het makkelijk kon, maar hij had er juist plezier in ze op te lossen om ook op deze wijze de lengte en breedte, de hoogte en diepte van het menselijk leven te leren kennen.
Zwakte gaf hem de kans om te putten uit het in elk mens diep liggende reservoir van extra kracht. Hierdoor werd zijn zelfvertrouwen aangewakkerd, leerde hij zelfdiscipline en kreeg hij inzicht in zijn eigen mogelijkheden. Moeilijkheden openen vaak de ogen voor nieuwe horizonten, nieuwe vergezichten en leveren ook veel zelfkennis op. Zo werd Paulus geschikt om later in veel grotere verbanden en moeilijkheden, in de arena's te vechten als een volwassen man die zijn tegenstander aan kon. Alleen een sterk mens kan lachen om dingen waarvoor anderen bang en bevreesd zijn.
Op het eiland Malta schudde Paulus een slang van zijn hand, deze had zich hierin vastgebeten. Dit was nu Paulus ten voeten uit. Iets dodelijks belaagde hem, maar hij schudde het van zich af op een wijze die anderen, die erbij stonden, verbaasden.
Elk mens draagt een wereld met zich mee die hij moet kunnen beheersen. Iemand, die zwak is zal dit nooit helemaal gelukken. Hij heeft moeite om zichzelf te overwinnen. Constant is hij aan zijn gevoelens en emoties ten prooi, hij is het slachtoffer van zijn eigen humeur en gemoedsstemmingen. Heeft hij lichamelijke gebreken, dan benauwen ze hem en drukken hem ter neer. Wordt hij er niet door verbitterd, dan klaagt hij toch voortdurend over de betreurenswaardige situatie waarin hij zich bevindt. Het vereist veel kracht om zeven dagen in de week een kruis te dragen, vooral een beperking, die zich altijd laat voelen. Paulus had zo'n lichamelijk defect. Hij noemde het: ‘’een doorn in zijn vlees." Hij smeekte God om deze weg te nemen. Steeds opnieuw vroeg hij erom. Maar.... de doorn werd niet verwijderd en op zekere dag ontdekte Paulus, dat het mogelijk was voor hem om God ook met deze doorn te dienen. God wilde het niet en daarom hield hij die doorn! Dat was voor Paulus een grote ontdekking. Het opende zijn ogen, dat kracht ook kan komen door het dragen van een groot kruis in het leven. Hij ervoer dat zwakte kan leiden tot kracht. Voor het eerst in zijn leven realiseerde hij zich waarschijnlijk, dat men de kracht van God nooit kan ervaren als men zelf niet overtuigd is van eigen krachteloosheid. Daarom zei hij: "Wanneer ik zwak ben, dan ben ik krachtig.”
Paulus was erg gevoelig voor stemmingswisselingen en dat komt dikwijls voor bij dit soort mensen. Zijn stemmingen gingen op en neer gelijk eb en vloed van de zee. Veel mensen zijn slaaf van hun humeur. Het humeur waarmee ze 's morgens opstaan, bepaalt voor hen de rest van de dag. Zij zijn niet in staat om dat te doorbreken en worden heel de dag hierdoor beïnvloed. Iemand, die sterk is beheerst zijn gemoed. Hij handelt niet omdat zijn gevoel hem leidt en beïnvloedt, maar hij doet alles omdat hij het nodig vindt. Hij kent heel goed zijn eigen beperkingen. Alleen wanneer zijn plicht hem roept, dan hijst hij het zeil en kiest onvervaard het ruime sop om de ontstane moeilijkheden aan te pakken. Wanneer dit niet nodig is doet hij alles volgens de normale planning zonder hierbij de held uit te hangen.
Paulus vertelt ons, hoe hij een van de ergste periodes van neerslachtigheid overwon. Het was in Korinte. In een viertal plaatsen was het al voortdurend verkeerd gegaan en het leek er op, dat het nu ook in Korinte weer fout zou gaan. De "upper ten" van Athene had zich van hem afgekeerd. De inwoners van Korinte zagen minachtend op hem neer. Paulus voelde zich mistroostig en moedeloos. Hij had de neiging om alles maar op te geven en iets heel anders te gaan doen. Hij kon geen woord uitbrengen doordat het leek of zijn luchtpijp dicht zat. Maar hij overwon zichzelf en verkondigde ook daar Jezus als de beloofde Messias.
Hij besloot door te gaan ondanks het kwalijk handelen van de Joden en de bespotting van de Grieken. Met nadruk predikte hij daar Jezus, Zijn lijden en Zijn smadelijke kruisdood. Sterke mensen gaan niet op de loop voor tegenwerking. Paulus was gevoelig voor kritiek en hij hunkerde naar erkenning door anderen, maar zijn wijze van aanpak veranderde hij hierdoor niet. De gemeente van Korinte kreeg de waarheid te horen. Bij zijn verkondiging wilde hij geen gebruik maken van de methoden die de Grieken gebruikten. Dezen redeneerden met gebruikmaking van de gangbare retorische trucs uit die dagen en maakten hierdoor indruk op hun luisteraars.
Hij kon niet bogen op de charme van volmaaktheid in spreken, maar zijn speeches waren wel goed doordacht en hij sprak ze uit met een grote passie.
Hij wilde voortdurend alleen dat duidelijk uitdragen wat God hem had geboden. Een zwakkeling op de kansel bezwijkt er gauw voor om dat te zeggen wat van hem verwacht wordt. Veel gemeenten zijn hieraan te gronde gegaan. Zij hebben geluisterd naar geleerde uiteenzettingen, die echter niet de waarheid waren. Wanneer een prediker afhankelijk is van de instemming van elitaire groepen in zijn gemeente en zijn boodschap aan hun wensen aanpast dan oogst hij wel bewondering van de "happy few" maar zelf is hij een mislukkeling.
Paulus was een te sterke persoonlijkheid om zich door dit soort mensen te laten beïnvloeden. Met verachting luisterde hij naar het oppervlakkige commentaar van zijn critici en ging doelbewust zijn eigen weg. Kritiek zal nooit iemand van de kansel drijven die daarop thuis hoort!
Maar hoe sterk iemand is wordt beter beoordeeld op grond van zijn omgang met vrienden dan door zijn relatie met vijanden. Er zijn meer mensen geruïneerd door vrienden dan door hun vijanden. De welgemeende maar onterechte kritiek van vrienden is heel pijnlijk en achtervolgt iemand soms lang. Men toont zijn ware kracht, wanneer men deze kritiek keer op keer kan weerstaan. Paulus hield veel van zijn toegewijde bekeerlingen. Hij had een sterk ontwikkeld gevoel voor vriendschap en was er erg ontvankelijk voor.
Toen Paulus begon met de inzameling van gelden voor de arme christenen in Jeruzalem raadden zijn vrienden hem aan er niet heen te gaan. Zij wezen hem op de gevaren van zijn voorgenomen reis en schilderden hem in donkere kleuren wat hem allemaal zou kunnen overkomen. Herhaaldelijk waarschuwden zij hem met allerlei argumenten, maar Paulus liet zich er niet van weerhouden. Hij voelde het als een plicht om er heen te gaan en niemand hield hem tegen. Aan zijn vrienden in Milete geeft hij toe dat hij niet weet wat hem in Jeruzalem te wachten staat, maar hij vertelt er bij, dat hij stellig voelt elkaar nooit meer te zullen zien en ondanks hun tranen en smeekbeden reist hij vervolgens af naar Jeruzalem.
Gedurende zijn hele reis, in elke stad, werd hem duidelijk gemaakt, dat hij in Jeruzalem alleen maar moeilijkheden kon verwachten, maar toch was dit voor Paulus geen reden er niet heen te gaan of om er van af te zien. Het ging Paulus niet om zijn leven, maar hij wilde zijn werk, dat hem was opgedragen als dienstknecht van de Heer afmaken. En hij had de opdracht om geld naar Jeruzalem te brengen en dan deed hij dat ook. Boven alles hield hij zich aan deze taak. Toen hij in Caesarea kwam waren de protesten nog hartstochtelijker en indringender dan elders maar het mocht niet baten. Hij werd er erg door aangegrepen, maar ze brachten hem er niet vanaf om verder te reizen naar Jeruzalem.
Het hoogtepunt kwam toen zelfs Lukas, zijn trouwe metgezel, hem naar aanleiding van al deze oprecht gemeende verzoeken, bij hem aandrong en smeekte om toch niet te gaan. Toen Paulus in Lukas' ogen de tranen zag en de smekende woorden hoorde kromp ook zijn hart ineen toen hij zei: "Wat bereik je er mee om het mij zo moeilijk te maken? Begrijp je niet dat je op deze manier mijn hart breekt?" Daarna was er niets meer te zeggen. De paarden werden voorgespannen en het laatste stuk van de reis naar Jeruzalem brak aan. Zoals eenmaal Jezus op zijn tocht naar Jeruzalem Petrus van zich weerde, zo deed Paulus dit met zijn hartstochtelijke vriend Lukas. Voor beiden was dit de vuurdoop of zij tot het uiterste bereid waren te volgen.
Alleen ten tijde van storm ontdekt de mens zijn eigen kracht. Paulus' leven speelde zich af midden in een turbulente tijd. De vroeg-christelijke gemeente kreeg enorme aanvallen te verduren en er waren grote tegenstellingen, die de kerk op haar fundamenten deden trillen. De apostelen vertegenwoordigden de nieuwe leer van Jezus in de heidenwereld en deze werd met de vraag geconfronteerd: "Wat is de relatie tussen de christenen en de Joden?" De Joden hadden hun eigen boeken, hun gevestigde en erkende instellingen en hun heilige wetten. Hoe gaan nu de Joodse christenen hiermee om? En wat doen de christenen hiermee die van heidense afkomst zijn? Wanneer iemand christen wordt, wordt hij dan ook geacht de Joodse wet te onderhouden? Maakt Jezus de wetten van Mozes ongedaan? Bijvoorbeeld: zijn deze tijdgebonden of voor altijd rechtsgeldig? De Thora is door God ingegeven en Jezus heeft deze niet herroepen. Integendeel, Jezus stelt dat Hij de wet niet afschaft maar vervult. Is de besnijdenis niet wezenlijk belangrijk voor de zaligheid van de mens? Moet een bekeerde heiden niet worden besneden? Kan men werkelijk christen zijn, zonder de wet van Mozes te onderhouden? Indien alle grote Joodse feesten en de vele levitische ceremoniën door God zijn voorgeschreven, moeten deze dan niet door iedereen onderhouden worden om God te behagen?
Over al dit soort vragen gingen de meningsverschillen van overigens gelovige christenen. Veel Joden die Jezus gingen volgen, konden hun levensgewoonten waaraan ze zo gehecht waren niet opgeven. Tradities en gewoonten waren als een geheel in hun levenspatroon verweven. Het was heel begrijpelijk, dat ze zich niet konden voorstellen dat al deze, in hun ogen nuttige voorschriften in het vervolg van geen enkele waarde meer zouden zijn.
Als Joodse ceremoniën door God zijn voorgeschreven tot behoud van de Joodse ziel, waarom zouden deze voorschriften voor de heidenen dan niet meer bruikbaar zijn? Was het voor Joodse christenen geen plicht om er bij de heidenen op aan te dringen dat te doen, waarvan ze zelf in het verleden zoveel profijt hadden gehad?
Maar daar was nog een ander gezichtspunt en volgens de apostel Paulus was dit het enig juiste. Godsdienst dacht de apostel, is niet een voldoen aan de wet, maar een persoonlijke relatie met Jezus Christus. Zelfs de besnijdenis is niet de belangrijkste daad en altijd geldend. De Joodse feesten zijn niet voor altijd ingesteld en de levitische rituelen zijn niet bestemd voor alle tijden en generaties. Het dienen van God, zegt Paulus, is niet een ceremonieel gebeuren, maar is iets innerlijks en geestelijks. Het is niet een kwestie van een dogma accepteren of goed te leven, maar godsdienst is het leven zelf. Geen enkele ceremonie is het wezen van de christelijke godsdienst. Een mens is niet godsdienstig, omdat hij geboden en wetten onderhoudt of leerregels naleeft, maar omdat zijn hart gericht is op God. Zodra iemand een nieuwe schepping wordt in Christus, dan is hij vrij van de wet van Mozes en gaat niet meer gebukt onder dit juk.
In het zeer diepgaand meningsverschil dat heel de vroeg-christelijke kerk bedreigde, hield Paulus stand als een rots in de branding. Hij was de kampioen in het gevecht om de christelijke vrijheid: ‘’opdat wij waarlijk vrij zouden zijn, heeft Christus ons vrijgemaakt. Houdt dus stand en laat u niet weer opnieuw een slavenjuk opleggen!" "Want gij zijt geroepen, broeders, om vrij te zijn." Dit was het wachtwoord van Paulus tijdens zijn christelijke veldtocht. Zijn hartstocht voor de vrijheid maakte van hem een strijder in staat van oorlog. Altijd moest hij in de verdediging, als maar zich verdedigend tegen steeds weer nieuwe aanvallen, die hem probeerden neer te sabelen op het religieuze slagveld. Constant was hij in het strijdperk zich ook kerend tegen diegenen, die het christelijke leven weer wilden inkapselen in allerlei godsdienstige voorschriften. Alleen iemand als Paulus met een sterke geest en grote wilskracht kon het lukken hiertegen stand te houden en de uiterste consequenties van de christelijke godsdienst te verdedigen. Hij verdedigde zich met open vizier. Paulus was zeer gevoelig voor de mening van anderen. Hij had de gewoonte zich bijzonder goed in te leven in de gevoelens van anderen, in de huid van een ander kruipen noemen we dat, om ze maar te winnen voor Christus. Deze strijd ging hij doelbewust aan. Het misverstand dat hierdoor later in de Jeruzalemse gemeente ontstond, nam hij blijkbaar om deze reden maar voor lief. Men vond dat hij met alle winden meedraaide. Hij proclameerde vrijheid en vrede maar op gezag van Jezus! Daarbij verloochende hij geen principiële punten, die van groot belang waren voor de christelijke kerk. Velen zijn er die zich voor de zaak van vrede en waarheid inzetten, maar dit gaat vaak gepaard met compromissen naar beide kanten. Ook Paulus deed dit maar dan bij onbeduidende zaken en hij probeerde altijd gevoeligheden te vermijden. Dit was een heel sterk punt van de apostel. Velen doen het anders. Inplaats van de gevoelens van anderen te sparen, stelt men eigen mening absoluut en veroorzaakt hierdoor tweedracht en scheuring, zaken waar vele generaties na hen nog mee te maken hebben. Voor deze halsstarrigheid wordt een hoge prijs betaald! Het is nuttig en leerzaam om eens rustig de levensloop na te gaan van mensen met een sterke persoonlijkheid, die veel presteerden in het leven. Het ging er niet altijd even kalm aan toe, maar ze kozen hun eigen weg. De sterken onder hen waren in staat om ook aan anderen leiding te geven. De kerk is vaak op het verkeerde spoor gezet door hun volgelingen. Deze misten het originele van de leraars, verdiepten zich in de details en gingen aan de hoofdzaken voorbij. Zij beten zich vast in de leer en leer is taai.... Deze mensen hebben veel onheil gesticht in de kerk, zij ijverden voor de leer maar niet voor de Heer!
In het conflict met de Judaisten begreep Paulus, dat de toekomst van de jonge kerk op het spel stond en met alle kracht die in hem was wierp hij zich in de strijd. Zijn brief aan de Galaten is hiervan een indrukwekkend voorbeeld en toont ook zijn geestelijke kracht. Deze brief heeft op hen de uitwerking als van mokerslagen. Zij hadden hem vergeten, gekwetst en gewond tot diep in zijn binnenste. Hij vertelde aan de Galaten waarom hij in Jeruzalem was geweest en wat hij daar had gedaan. Hij weigerde Titus te laten besnijden ondanks dat hij een Griek was. Mensen met veel invloed stelden dat voor aan Paulus: "maar", zegt hij: "wij zijn voor hen geen ogenblik gedwee uit de weg gegaan", dat zal niet gebeuren. We zijn geen duimbreed geweken! Paulus dacht er niet aan om Titus te laten besnijden, geen moment. Het idee alleen al wierp hij van zich. Jeruzalem was de bakermat van het conservatisme. Hij werd daar door mensen omringd die even vurig, vroom en gewetensvol waren als hij. Voor deze mensen was het een groot schandaal dat Titus niet besneden was. Paulus had dit kunnen laten doen. Maar dan had hij toegegeven aan de Judaisten en dat zou niet goed zijn geweest in deze omstandigheden. Er waren in de gemeente van Jeruzalem mensen met een hoge positie die dit graag hadden gezien. Maar Paulus wilde niet bij hen in het gevlij komen. Omdat iemand een goede reputatie heeft en een hoge positie bekleedt betekent dat niet dat je hem in alles ter wille moet zijn. En dit geldt zeker wanneer zij verkeerde standpunten innemen. Al had de apostel Jacobus met heel de christelijke kerk in Jeruzalem zich tegen Paulus gekant, dan nog zou hij geen krimp gegeven hebben. Op incidentele punten wilde Paulus best schipperen maar om zoiets fundamenteels, waar het ging om de vrijheid van de christenmens, zou Paulus bereid geweest zijn om zijn leven te geven.
Niet alleen in Jeruzalem maar ook in Antiochië had hij moeten vechten. Ook in deze plaats waar toch ruimere opvattingen heersten dan in Jeruzalem, moest hij vechten voor de vrijheid van de christen. Ook daar doken de Judaisten op om hem te belagen. Zij achtervolgden Paulus, zoals honden hun meester, van stad tot stad. Overal strooiden zij kwistig het zaad van wantrouwen. Zij deden hun uiterste best om zijn werk ongedaan te maken. In Antiochië maakten zij zoveel indruk, dat zelfs de apostel Petrus zich door hen liet inpalmen. En ook bij Barnabas boekten zij succes.
Maar toen stond Paulus op en schroomde niet zich tegen hen allen te keren en vermanend toe te spreken! In deze beide steden, waarin zich al veel christenen bevonden, schalde hij het uit met het geluid van een trompet, dat het Christendom niet een aangepast Jodendom was maar iets totaal anders. En hiermee verkondigde hij ook gelijk aan alle daaropvolgende generaties dat godsdienst niet iets ceremonieels is maar een zaak van het hart. Iemand is christen, wanneer hij in Christus een nieuwe schepping is! En zodra men in Christus is, dan is men ook vrij. Alleen een mens met enorme wilskracht en overtuigd van zijn roeping kan deze woorden van victorie in zulke omstandigheden uitbazuinen. Dit is het wezen van het christelijke geloof. Een vrijheid in gebondenheid, onder het juk van Christus.



Gepost op 23-08-2004 om 04:16 uur
696 keer gelezen

Alle verhalen van deze schrijver (Hugo Karels)

Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur) stappen ondernomen worden.